RvS: ook streep door emissiearme stallen varkens en pluimvee

Dat blijkt uit een serie uitspraken van de Raad van State. De vergunningverlening voor pluimvee- en varkensstallen wordt hiermee lastiger; ook hier moet namelijk een zogenaamde ‘passende beoordeling’ plaatsvinden.

De Raad van State boog zich over negen zaken in de provincie Overijssel. Milieuorganisatie Mobilisation for the Environment (MOB) en de Vereniging Leefmilieu kwamen in beroep tegen vergunningen die de provincie Overijssel afgaf. Deze organisaties hebben al eerder succes gehad bij de hoogste rechter bij het van tafel vegen van vergunningen voor melkveebedrijven met emissiearme stallen.

Systemen emissiearme stallen

In eerdere uitspraken ging het om melkveestallen, om precies te zijn een tweetal vloertypen:A1.13 en A1.28 op de RAV-lijst. Onderzoek van de Wageningen Universiteit, dat afgelopen zomer gepubliceerd werd, bevestigt deze bevinding en zet alle emissiefactoren voor melkveevloeren (die voor 2021 goedkeuring hebben gekregen) op losse schroeven. De lijn die de Raad van State vorig jaar hanteerde, trekt de hoogste rechter nu door bij het beoordelen van vergunningen van naar emissiearme stallen voor varkens en pluimvee. Het gaat om precies te zijn om stalsysteem D3.2.7.1.1 (varkens) en stalsysteem E5.11 (pluimvee) op de RAV-lijst.

RvS constateert namelijk dat niet met voldoende zekerheid gesteld kan worden dat de daadwerkelijke stikstofuitstoot wordt gereduceerd met de toebedeelde RAV-factor. Als de bedrijven waarover de uitspraak gaat, alsnog een vergunning willen, moet daarvoor een zogenaamde ‘passende beoordeling’ gemaakt worden.

Snel duidelijkheid over effectiviteit stallen

De hoogste bestuursrechter realiseert zich dat met name de uitspraken over pluimvee- en varkensstallen het verlenen van een natuurvergunning voor veehouderijen bemoeilijkt en vertraagt. “Maar de strenge Europese natuurbeschermingsregels waaraan Nederland zich heeft gebonden laten een andere uitkomst niet toe”, aldus de Raad van State. De raad noemt het daarom belangrijk dat het aangekondigde nieuwe onderzoek naar de effectiviteit van emissiearme stallen snel duidelijkheid biedt.

In drie zaken uit deze serie van negen ging het ook om natuurvergunningen voor melkveehouders met weidegang. Hier grijpt de hoogste bestuursrechter eveneens terug op een uitspraak die al eerder is gedaan in een zaak elders in het land: het weiden van koeien heeft geen negatieve gevolgen voor de natuur als de uitstoot in de wei weggestreept kan worden tegen de uitstoot uit de stal. Als dat niet vastgesteld kan worden, is een passende beoordeling nodig voordat de provincie een natuurvergunning mag afgeven.