Thuislab

Als ik door de bakjes roer die op de verwarming staan, komt er een groot aantal vliegjes uit. Oeps. Dat zal Michel niet zo leuk vinden. De stank die ik met mijn experiment in huis haalde, werd ook al met weinig enthousiasme door hem ontvangen (het riekte dusdanig, dat de bakjes uit zijn kantoor verbannen werden en in de kamer terechtkwamen).

Ik jaag de vliegjes gauw richting de fruitschaal en zet de weegschaal aan. Spannend… Zou het gewicht nog afgenomen zijn? Ze staan nu al meer dan twee dagen op de verwarming en het hele spulletje ziet er al droger dan droog uit. Pieeeep, doet de weegschaal. Hij is er klaar voor. Nee. Het eerste bakje weegt nog steeds hetzelfde. En het tweede bakje ook. Nu kan ik met redelijke zekerheid het experiment wel beëindigen.

Droge stof. Daar is het ons allemaal om te doen. Want hoewel Michel mijn methode niet helemaal goedkeurt (hij had liever de magnetron of oven gebruikt, waarbij ik me afvraag welke geur dát verspreid zou hebben), is hij misschien nog wel nieuwsgieriger dan ik naar het resultaat.

Vorige week hebben we een paar voermonsters naar het laboratorium in Cluj gestuurd, waar ze onze melk ook altijd analyseren. Want hoewel het vorig jaar met name nog draaide om kwantiteit (door een mislukte oogst moesten we voer bijkopen), zijn we dit jaar in de, voor ons, luxe positie dat we eindelijk ook eens naar kwaliteit kunnen gaan kijken.

En waar in Nederland getallen als VEM, DVE en FOS als minimaal beschouwd worden bij een analyse, mogen we hier allang blij zijn als we het drogestofgehalte weten. Het was dan ook best een teleurstelling dat ze van de zakjes bierbostel, bietenpulp en maïs alleen maar het laatste konden analyseren. Voor de andere twee hadden ze geen apparaten. En vandaar dat we toen maar ons eigen ‘lab’ hebben ingericht: een bakje met maïs (als contra-analyse) en eentje met bierbostel op de verwarming.

En het resultaat? De bierborstel viel hoger uit dan verwacht (27 procent) en ook de maïs viel hoger uit dan Cluj (37 procent tegenover 33 procent). Dus misschien dat de methode nog niet helemaal waterdicht is. Maar iets (weten) is altijd nog beter dan helemaal niets. Nu de bietenpulp nog. Die hoogstwaarschijnlijk (gelukkig) minder stank (en vliegjes) zal produceren dan zijn voorgangers.