De impact van de blauwtongbesmettingen op de schapensector is enorm, zegt de NSFO. - Foto: Peter Roek AlgemeenAchtergrond

NSFO: kosten weerhouden schapenhouders van melden blauwtong

Reinard Everts, directeur van de Nederlandse Schapen- en Geitenfokkers Organisatie, vermoedt dat twee keer zoveel schapenhouderijen besmet zijn met blauwtong dan dat bij NVWA gemeld zijn. De kosten van het melden kunnen hierbij een rol spelen, vermoedt Everts.

De Nederlandse Schapen- en Geitenfokkers Organisatie (NSFO) gaat ervan uit dat fors meer schapenbedrijven te maken hebben met blauwtong dan het aantal bedrijven dat NVWA meldt. Directeur Reinard Everts concludeert op basis van sterftecijfers dat 12% van de Nederlandse schapenbedrijven te maken heeft met oversterfte als gevolg van blauwtong, dat zijn zo’n 3.500 tot 4.000 besmette schapenbedrijven. NVWA meldt in totaal ruim 4.000 besmette bedrijven en maakt daarbij geen onderscheid tussen schapen, geiten en rundvee. De schapendierenarts baseert zich op de sterftecijfers bij schapenbedrijven, die NSFO aan de hand van peilbedrijven verspreid over het land genereert.

Schapenhouders moeten alles zelf betalen; de visite van de dierenarts, het bloedmonster en het verzenden van het bloedmonster

Dat niet alle schapenhouders een melding lijken te maken bij NVWA, heeft volgens Everts te maken met de kosten daarvan. “Schapenhouders moeten alles zelf betalen; de visite van de dierenarts, het bloedmonster en het verzenden van het bloedmonster. Het gaat dan al snel om € 75 tot € 100. Het onderzoek zelf wordt wel betaald vanuit het Diergezondheidsfonds, maar dat is uiteindelijk ook geld van de schapensector zelf”, legt Everts uit. Nederland telt zo’n 30.000 unieke locaties (UBN’s) met schapen. Een klein deel daarvan, 7.500 bedrijven, betaalt mee aan het Diergezondheidsfonds omdat ze 25 schapen of meer hebben.

Geen meerwaarde van meldingen

Daarnaast zien veel schapenhouders in besmette gebieden de meerwaarde van melden van een blauwtongbesmetting bij NVWA niet, omdat toch al bekend is dat daar blauwtong heerst. Het wantrouwen richting overheid draagt ook niet bij aan de meldingsbereidheid, aldus Everts.

De schade die veroorzaakt is op 12% van de schapenbedrijven, is enorm

NVWA erkent dat sprake kan zijn van onderregistratie. Op het niet melden van een meldingsplichtige ziekte staat geen sanctie, zoals dat bij een bestrijdingsplichtige ziekte wel is. Wel roept NVWA veehouders op om wel melding te doen als er blauwtong is, mede vanwege het onderzoek naar de verspreiding ervan.

Impact op schapensector is enorm

Met zo’n 4.000 bedrijven waar verhoogde sterfte voorkomt, is de impact op de schapensector enorm. “Als we zo doorgaan, gaat de schade richting € 10 miljoen voor de schapensector”, zegt de NSFO-directeur en schapendierenarts bij Diergeneeskundig Centrum Zuid-Oost Drenthe. “De schade die veroorzaakt is op 12% van de schapenbedrijven, is enorm. Het is echt absurd dat de overheid dan blijft roepen dat het om normaal bedrijfsrisico gaat”, vindt Everts.

De uitbraak met blauwtong blijft ondanks het herfstachtige weer uitbreiden. Everts heeft wel de hoop dat het weer de knuttenactiviteit vermindert, waardoor minder dieren per bedrijf besmet raken. “We zien dat de mortaliteit bij besmette dieren onverminderd hoog is. Op sommige bedrijven zie we een mortaliteit van 80%.” Gemiddeld ervaart de schapendierenarts dat 50% van de zieke dieren sterft. “Al zien we bij herstelde dieren soms alsnog sterfte, omdat ontschoening optreedt.”

Beheer
WP Admin