Bijna 1.000 aanvragen voor stoppersregeling
974 ondernemers hebben zich aangemeld voor een van de regelingen om te stoppen. De inschrijfperiode van de LBV loopt vrijdag af. De regelingen voor bedrijven met veel stikstofdepositie die niet willen stoppen, laten nog altijd op zich wachten.
Van die 974 zijn er 447 varkenshouder, 153 pluimveehouder, 213 melkveehouders, 104 vleeskalverhouder en nog 57 bedrijven met meerdere diersoorten, aldus uitvoeringsorganisatie RVO, die de aanvragen verwerkt. De meeste van deze aanvragen zijn voor de ‘piekbelastersregeling’, de LBV+, die open staat voor de 3.000 bedrijven met de grootste depositievracht van stikstof op gevoelige natuur. De eerste 36 aanvragers van de LBV+ hebben inmiddels een beschikking met het verwachte subsidiebedrag ontvangen. De anderen moeten nog op een beslissing wachten.
Aanmelden voor de LBV, die open staat voor zo’n 10.000 bedrijven in de buurt van stikstofgevoelige natuur, kan nog tot en met deze vrijdag. 358 bedrijven hebben dat al gedaan. En dan zijn er ook nog 215 bedrijven die de vraag bij RVO hebben neergelegd voor welke van de regelingen ze in aanmerking komen. Navraag bij RVO leert dat, als na 1 december blijkt dat een bedrijf wel in aanmerking komt voor de LBV maar niet voor de plusregeling, het bedrijf wordt meegenomen in het reguliere proces.
Lage stikstofdepositie en hoog subsidiebedrag
Na 1 december gaat uitvoeringsorganisatie RVO de LBV-aanvragen beoordelen en indien nodig rangschikken. Dit is alleen nodig als het maximale bedrag van € 500 miljoen voor de LBV overschreden wordt. Binnen dat bedrag zijn er ook nog ‘schotten’ per sector: meer dan de helft is gereserveerd voor melkveehouders: € 270 miljoen. Voor pluimveehouders en varkenshouders is per sector € 115 miljoen beschikbaar. Voor de varkenshouderij is dit bedrag waarschijnlijk al overschreden, dat is ook bekend bij RVO.
Het kan zijn dat een aantal ondernemers dan buiten de boot vallen: Dit zijn dan bedrijven met een relatief lage stikstofdepostie en een hoog subsidiebedrag, die onderaan de ranglijst komen. RVO heeft een maximale termijn van 26 weken, ofwel een half jaar (tot 1 juni 2024) om de beschikkingen te versturen. Op hun beurt hebben boeren dan weer een half jaar om het voorstel te accepteren of niet.
Vurige wens van politiek en lobbyclubs
Bij de aankondiging van beide regelingen stelde verantwoordelijk minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) dat ze zou proberen om alle aanvragen te honoreren, en bij overschrijving van de regelingen meer geld wilde vrijmaken. Inmiddels is het kabinet gevallen, waardoor dit mogelijk moeilijker te verwezenlijken is. Hierover kan het ministerie momenteel geen duidelijkheid bieden.
Dat kunnen ze voorlopig ook niet over de toegezegde regelingen voor boeren met een hoge stikstofimpact die niet willen stoppen. Bijvoorbeeld een verplaatsingsregeling of subsidieregelingen voor innovatie of de aankoop van grond voor extensivering. Maar die laten nog even op zich wachten. Zowel politiek als door lobbyclubs is er een vurige wens om al die regelingen naast de stoppersregeling te hebben, zodat boeren alle opties kunnen overwegen. Nu de eerste regeling over 2 dagen sluit, gaat die wens niet in vervulling voor boeren die meedoen aan de LBV.
In januari meer bekend
Volgens het ministerie is dat ook niet de bedoeling geweest voor alle boeren die in aanmerking komen, maar uitsluitend voor de aanpak piekbelasters, voor die 3.000 bedrijven die in aanmerking komen voor de plusregeling dus. Vorige maand heeft de minister in een brief aan de Tweede Kamer laten weten dat ze in januari van volgend jaar hier meer over bekend maakt.