AlgemeenOpinie

Gebiedscollectieven

De afgelopen jaren hebben de agrarische- en de natuursector zwaar geïnvesteerd in betere verhoudingen. Verhoudingen die uitgaan van wederzijdse erkenning van bestaansrecht, deskundigheid en belang.

Ik zie veel initiatieven: een aanpak om stikstofuitstoot tegen te gaan (PAS), een gezamenlijk voorstel in de meeste provincies voor herijking van het Nationaal Natuurnetwerk (de voormalige EHS) en we hebben schouder aan schouder met provincies en rijk onderhandeld over het succesvol afgesloten Natuurpact.

Dit stemt me optimistisch om een effectiever agrarisch natuurbeheer te blijven steunen, ondanks negatieve geluiden om hiermee op te houden. Ik vind het hartverwarmend om te vernemen dat nu her en der ‘bottom up’ boeren en boswachters samen met voorstellen komen voor betere samenwerking en verkaveling van landbouw en natuur.

Bij Natuurmonumenten zijn we vol ongeduld om een volgende stap te zetten. Onze 732.000 leden verwachten van ons dat we ons inzetten voor het hele landschap samen met boeren en andere grondeigenaren. En dat we ons uitspreken over kwesties op het raakvlak van landbouw, natuur en milieu. Denk bijvoorbeeld aan de mogelijke impact van het einde van de melkquotering en de roep uit de samenleving voor een betere behandeling van dieren. Wat mij betreft moeten we in het licht van de betere verhoudingen in het landelijk gebied elkaar niet zozeer met rust laten, maar juist zoeken naar gesprek en samenwerking.

Onderzoek laat zien dat waar we aan elkaar grenzen, voordeel te halen is. Agrarisch natuurbeheer is effectiever in de buurt van natuurreservaten. En natuurgebieden kunnen sterk profiteren van een meer ‘ontspannen’ bedrijfsvoering bij de buren. Dit zal niet altijd even makkelijk gaan. Het zal voor alle partijen wennen zijn samen te spreken over het beheer van een aaneengesloten gebied waarin natuur en agrarisch natuurbeheer elkaar moeten gaan versterken.

We hebben ons enthousiast gemeld om deel te nemen aan de nieuwe collectieven voor agrarisch natuurbeheer. De reactie daarop is nog wat weifelend. Wat mij betreft zouden we het in zo’n collectief allereerst moeten hebben over de vraag wat we beogen in de streek, voor zowel natuurgebied als landbouwgebied. Dan wordt duidelijk wat we voor elkaar kunnen betekenen. Zo leggen we samen de basis voor een nuttige gebiedsofferte. Een offerte waarin wat mij betreft een doel voorop staat: meer natuurwaarden in zowel onze gebieden als op het boerenland.

 

Teo Wams is directeur natuurbeheer bij Natuurmonumenten

Lees meer over het stikstofbeleid

Beheer
WP Admin