Vreba Melkvee wil geen geld steken in fosfaatrechten maar in innovaties, zoals milieuvriendelijke stallen. Dat zou verdere uitbreiding naar 3.000 koeien in Vredepeel mogelijk moeten maken. – Foto: Hans Prinsen RundveeNieuws

Vreba krijgt nul op rekest in zaak over fosfaatrechten

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft Vreba Melkvee in het ongelijk gesteld in de kwestie over fosfaatrechten. Het grootste melkveebedrijf van Nederland beschouwt zichzelf als knelgeval en vindt dat het te weinig fosfaatrechten heeft gekregen voor de hoofdlocatie in Vredepeel.

Vreba kreeg 83.647 kilo fosfaatrechten. Dat aantal was gebaseerd op het aantal dieren op de peildatum 2-7-2015 van 1.521 melk- en kalfkoeien en 1.354 stuks jongvee. Dat is bij lange na niet genoeg voor het aantal melkkoeien dat wordt gehouden in Vredepeel. Nu lopen er volgens René van Bakel 2.200 melk- en kalfkoeien op de locatie in Vredepeel.

Vreba Melkvee moet als gevolg daarvan kapitalen investeren in de benodigde extra fosfaatrechten. Om dat te kunnen betalen, is onder andere al grond verkocht. Vreba wilde met het ministerie van Landbouw (LNV) om tafel over de kwestie. De advocaat van het melkveebedrijf, Joost de Rooij van Linssen Advocaten, pleitte voor een ontheffing. Met een ontheffing hoeft het bedrijf niet te investeren in extra fosfaatrechten, maar kan het dat geld steken in innovaties zoals milieuvriendelijke stallen (waarin ammoniak- en methaanemissies vergaand moeten worden gereduceerd). Dat zou ook verdere uitbreiding naar 3.000 koeien op de locatie in Vredepeel mogelijk maken.

LNV maakte tijdens de zitting in oktober meteen duidelijk niets te voelen voor zo’n ontheffing en wilde hierover ook niet in gesprek met Vreba Melkvee. “Dit dossier is niet bespreekbaar”, aldus LNV-jurist Zieleman.

Geen individuele en buitensporige last

Het CBb wil best aannemen dat Vreba door het fosfaatrechtenstelsel financieel fors wordt geraakt, ‘maar dat is onvoldoende om aan te nemen dat sprake is van een individuele en buitensporige last’, aldus het college. Dat Vreba het melkveebedrijf in de loop der jaren fors heeft uitgebreid, is voor eigen risico. En dat de uitbreiding mede mogelijk is gemaakt door een garantstelling van LNV voor een lening, verandert daar niets aan.

Bovendien was de garantstelling volgens het CBb bestemd voor verduurzaming en niet voor uitbreiding. Vreba Melkvee mocht daarom aan de garantstelling ‘niet het vertrouwen ontlenen dat haar uitbreidingsplannen niet getroffen zouden worden door de inmiddels aangekondigde productiebeperkende maatregelen’, aldus het CBb.

Het melkveebedrijf kreeg eerder al hoge heffingen van ruim € 500.000 opgelegd, omdat het meer koeien aanhield dan op basis van het fosfaatreductieplan was toegestaan. De bezwaren hiertegen werden in 2021 door het CBb van tafel geveegd.

Nederland verlaten niet aan de orde

Vreba Melkvee heeft meerdere locaties waar in totaal meer dan 3.000 koeien worden gemolken. De locaties in de Achterhoek worden dit jaar afgestoten. Inmiddels heeft Vreba een bedrijf in Nedersaksen, waar het 1.200 koeien melkt. “In Duitsland zijn geen fosfaatrechten nodig en de discussie over stikstof is daar van een heel andere aard. Dit heeft zwaar meegewogen in ons besluit om naar Duitsland te gaan”, aldus Vreba eerder. Maar verkoop van het bedrijf in Vredepeel en Nederland verlaten, is volgens Vreba Melkvee niet aan de orde.

Volgens Vreba verandert de uitspraak niks aan de bedrijfsvoering. Wel gaat het langer duren voordat het zijn doel bereikt: “CO2– negatief produceren met het welzijn van de koe op de eerste plaats”, aldus Amber van Bakel namens Vreba Melkvee. “Het duurt door deze uitspraak alleen wel langer voor we hier zijn, aangezien we het geld dat we in fosfaatrechten moeten investeren, niet kunnen inzetten voor duurzame innovaties.”

Reacties

  1. Had het wel heel erg gevonden als vreba wel extra fosfaatrechten had gekregen ! Ze zoeken toch al vaak de mazen in de wet op ( het zelf melk af gaan romen om een lagere fosfaatnorm te kunnen gebruiken).

Beheer
WP Admin