Foto: Frank Uijlenbroek AlgemeenNieuws

Onderzoek naar meetbaar maken van regeneratieve landbouw

Wat is regeneratieve landbouw en hoe is dit het beste toe te passen? Dat is de vraag waar promovendus Loekie Schreefel antwoord op zocht. In zijn onderzoek tracht hij regeneratieve landbouw concreter en meetbaar te maken.

Voor zijn promotie-onderzoek aan Wageningen University & Research (WUR) beschrijft Loekie Schreefel regeneratieve landbouw als ‘een vorm van landbouw waarvan bodembescherming het uitgangspunt is’. Daarnaast draagt het bij aan milieu-aspecten en sociale aspecten van duurzame landbouw, zoals het verbeteren van de gezondheid van mensen en waterkwaliteit. Schreefel: “Een algemeen begrip over wat regeneratieve landbouw nu eigenlijk is en hoe dit het beste is toe te passen, missen we op dit moment. Dit is niet ideaal en kan leiden tot green washing.”

Grote voedingsbedrijven zetten in op duurzame voedselproductie

Uit de studie blijkt dat regeneratieve landbouw milieuwinst kan opleveren. Een akkerbouwer op kleibodem kan met behulp van regeneratieve praktijken zijn broeikasgasemissies verminderen met 50% en zijn bodemfuncties verbeteren. Daarin zien grote voedingsbedrijven brood om hun uitstoot te verminderen. Onder andere PepsiCo, ADM en Nestlé investeren in de omschakeling naar regeneratief in hun toeleveringsketens.

Praktijk verschilt per boerenbedrijf

Uit het onderzoek van Schreefel blijkt dat de definitie van regeneratieve landbouw niet op ieder boerenbedrijf hetzelfde kan zijn. Als voorbeeld noemt hij dat een melkveehouder op veenbodem andere uitdagingen heeft dan een akkerbouwer op klei. Hierdoor is het volgens Schreefel niet duidelijk welke praktijken bij regeneratieve landbouw horen. Onderdeel van de brede studie was het creëren van oplossingen voor 4.000 case-studies en aan de hand hiervan is een rekenmethode ontwikkeld. Met bedrijfsgegevens kan een op maat gemaakte regeneratieve oplossing worden aangeleverd.

In een vervolgonderzoek wordt gekeken naar mogelijke verdienmodellen van regeneratieve landbouw.

Samenwerkingsproject voor regeneratieve landbouw

Het onderzoek is onderdeel van het publiek-private samenwerkingsproject ’Regenerative Farming’. Onderdeel van dit project zijn AgriFood, Top Institute Food and Nutrition (TIFN), FrieslandCampina, Cosun, BO akkerbouw en Rabobank.

Reacties

  1. Als kringloop landbouw de oplossing is voor de natuur en de voedselproductie, “waarom zijn onze voorouders, die geen chemie kenden regelmatig verhuisd om nieuwe gronden in productie te brengen?” we hebben allemaal geleerd dat onze Hanzesteden rijk zijn geworden van de handel in granen (voedsel), huiden (kleding, en bovenal hout (bouw en schepen). Dit was in een tijd dat er geen miljoenen mensen woonden in de Delta en toch was er via de biologische landbouw niet genoeg voedsel voor een ieder. Onze moderne wetenschappers denken dat onze arme gronden via hun moderne methoden in eens vol zitten met benodigde mineralen. Ik vrees met grote vreze dat er meer nodig is om straks 19 miljoen mensen te voeden en wel voedselimport om ons nog afhankelijker te maken van import waar niet zo als nu export tegen over staat.

    1. Dag Han: hoeveel extra hectares (in N en Z Amerika voor soja en mais, Thailand ooit DE bron voor tapioca voor onze varkens en kippen toen EU graan nog veel te duur was voor veevoer) gebruiken we nu al? Hoeveel procent van onze vooral dierlijke productie gaat de grenzen over? We importeren mineralen bij bootladingen vol en exporteren een deel daarvan weer in koelvrachtwagens. Misschien toch maar eens een keer een balans berekening maken van “wat gaat erin?” en “wat gaat eruit?” Zwerflandbouw/shifting cultivation is al bijna uitgestorven omdat er overal met kunstmest bijgestuurd kan worden. Als we meer circulair produceren door betere mest benutting, meer voer van eigen land gebruiken en minder gericht op de wereldmarkt dan geeft dat boeren in andere landen ook meer kansen om met het voer wat wij niet importeren hun eigen dierlijke productie verder te ontwikkelen. Tja…..een land als Brazilie heeft nu eenmaal een comparative advantage: hoeven niet te verwarmen of koelen in de stallen, hebben eigen soja, mais, vismeel: een wonder dat Nederlandse dierlijke producten met onze grond die ??? keer zo duur is als in Brazilië nog steeds aan de bak kan op de wereld markt. Hier in Kyrgyzstan kan de zuivel sector niet op tegen Danone/Lactalis/Nestlé en blijft het kwakkelen in de melkveehouderij: oorzaak en gevolg/ kip en ei vraag blijft: lokale sector zal de lokale markt nooit kunnen voorzien of krijgt niet de kans?

Beheer
WP Admin