Annie Prins met de vorkheftruck in de weer. - Foto: Anne van der Woude BoerenlevenInterview

Boerin Annie zit bij de brandweer: ‘De pieper kan altijd gaan’

Annie Prins is fulltime boerin en ze zit bij de brandweer. Als ze een oproep krijgt, laat ze alles vallen. ‘Binnen drie minuten moet ik op de brandweerkazerne zijn.’

Toen Annie toetrad tot de maatschap was dat niet voor de vorm. Ze wilde ook echt meewerken en dat doet ze. Van aardappels sorteren tot trekkerwerk, ze draait volledig mee. En dat terwijl ze op de Middelbare Agrarische School (MAS) koos voor de richting veehouderij. Lachend: “Ik ben niet van boerenkomaf, maar wilde iets met dieren. Ik heb ook wel bij veehouders gewerkt, maar uiteindelijk is het een beetje anders gelopen dan gedacht.”

Trekkerrijden kon ze al, de fijne kneepjes van het akkerbouwvak leerde ze grotendeels in de praktijk.
Trekkerrijden kon ze al, de fijne kneepjes van het akkerbouwvak leerde ze grotendeels in de praktijk.

Trekkerrijden kon ze al, de fijne kneepjes van het akkerbouwvak leerde ze grotendeels in de praktijk. “De selectie van aardappelen moet je echt leren door het veel te doen.”

Genieten van leven en werken

Ze geniet volop van het leven en werken als agrarisch ondernemer. “Je bent eigen baas en hebt de vrijheid om je eigen dag in te delen.” Dat maakt meteen dat het bedrijf goed te combineren is met de kinderen. Toen die klein waren, gingen ze deels naar de opvang. Later nam Annie ze mee de schuur in. “We gebruikten voor de jongsten een kuubskist als box, daar konden ze veilig in spelen.”

Bij de spuitmachine
Bij de spuitmachine

Inmiddels redt de jeugd zichzelf en als ze Annie nodig hebben, weten ze haar te vinden. Of ze bellen. “Maar het is heus niet zo dat ik altijd in de schuur of op het land ben. Ik plan ook klusjes in en om huis in.”

De vrijwillige brandweer is altijd dienst

Dat alles kan in één klap veranderen als haar pieper gaat. Annie is namelijk lid van de vrijwillige brandweer en dat betekent altijd dienst. Dag en nacht. “Als ik opgeroepen word, laat ik alles vallen. Binnen drie minuten moet ik op de kazerne zijn.”

Het was min of meer toevallig dat ze ermee in aanraking kwam. Een vriendin nam haar mee naar een informatieavond. “Ik had voor ik op de boerderij kwam negen jaar in de zorg gewerkt en ik wilde graag weer iets kunnen betekenen voor anderen. Via de brandweer kon dat.”

De pieper kan altijd gaan

Ze doorliep de selectieprocedure en werd aangenomen. Haar leven veranderde erdoor, altijd houdt ze rekening met een mogelijke oproep.

Als ik naar het land ga, parkeer ik altijd zo dat ik bij een oproep snel weer weg kan

“Als ik naar het land moet, bedenk ik vooraf altijd: kan ik met de fiets of is het te ver? In dat geval ga ik met de auto. Die parkeer ik dan zo dat ik meteen weg kan als het nodig is.” En ja, het is weleens gebeurd dat ze helemaal achter in het veld was toen haar pieper ging.

Aardappels aan het sorteren.
Aardappels aan het sorteren.

“Hoe ik dat toen gedaan heb? Alles laten vallen en heel hard naar de auto rennen.” Of die keer dat ze met de heftruck kisten aan het stapelen was. “Ik had net een kist omhoog toen er een oproep kwam. Toen heb ik eerst rustig die kist weer laten zakken. Maar daarna natuurlijk zo snel mogelijk weg.”

Overleggen over eventuele opvang van de kinderen kan niet, daar is geen tijd voor. Dus is er in huize Prins de regel: als mama wordt opgeroepen, bellen de kinderen papa. Annie weet vooraf nooit hoe lang ze weg is, maar in de praktijk stelt iedereen zich thuis flexibel op. “Het is altijd nog goed gegaan.”

Vorig jaar waren er 64 uitrukken, ruim 1 per week. “Maar het verschilt hoor. De ene week heb je niks, de andere week gaat de pieper drie keer achter elkaar. Je weet het nooit van tevoren.”

Altijd ‘aan’ staan, is niet moeilijk

Dat ze altijd ‘aan’ staat, vindt ze niet moeilijk. Een feestje met een biertje? “Dat kan wel. In dat geval meld ik me even af. Dan weten ze dat ik op dat moment niet beschikbaar ben voor een oproep. ’s Winters is dat overigens makkelijker dan ’s zomers. Dan zijn veel collega’s op vakantie en is de druk op de thuisblijvers groter. Dan word je vaker opgeroepen en zeg je minder makkelijk nee.

De brandweer is een deel van mijn leven en de voldoening is groot

Maar ik vind het niet erg. De brandweer is een deel van mijn leven geworden en de voldoening is groot als je mensen hebt kunnen helpen.”

Ze maakt soms heftige dingen mee, van kleine brandjes tot hele grote en het opruimen van de ravage na bijvoorbeeld een ongeluk. “Bij nare dingen krijgen we mentale ondersteuning. We praten er veel over, met collega’s maar ook thuis. Uiteindelijk moet je het toch weer loslaten om door te kunnen. Ik ben vrij nuchter, dus dat lukt me wel.”

Nu even naast de trekker.
Nu even naast de trekker.

De boerderij is een mooie uitlaatklep

De boerderij is wat dat betreft een mooie uitlaatklep omdat het werk er altijd doorgaat. “Alleen op zondag doen we niets voor het bedrijf. Anders werk je echt zeven dagen in de week en dat willen we niet. Er zijn wel uitzonderingen. Bijvoorbeeld als er slecht weer aankomt en je moet aardappelen rooien. Dan ga je aan de gang. Maar in principe is de zondag voor ons. Tenzij mijn pieper gaat natuurlijk. Dan ben ik weg.”

Dit is een artikel in de Boerenleven-rubriek 'Boerin'. Meer verhalen uit deze rubriek vind je hier.

Beheer
WP Admin