Zomers plezier in een boerensloot

Op de foto staat dat hij in 1966 gemaakt is en dat een jongetje in een boerensloot stekelbaarsjes aan het vangen is. Dat was een mooi tijdverdrijf tijdens de warme zomer. De senioren van nu zullen het wel herkennen: op pad met een schepnetje of een zeef uit de keukenla, een haal door de sloot en dan de vangst bekijken.

Salamanders, dikkopjes, stekelbaarsjes, er kwam van alles mee. Soms gingen ze in een jampot mee naar huis. Dat liep meestal niet goed af, de visjes overleefden deze huisvesting vaak niet.

Vlotten bouwen

In en om zo’n sloot was nog veel meer lol te beleven. Vlotten bouwen, polsstokspringen, zwemmen. Anno nu worden sloten niet veel meer gebruikt voor zomers vermaak. Ook niet door agrarische jeugd. Veel sloten zijn gedempt en los daarvan zijn er alternatieven die meestal aantrekkelijker worden gevonden zoals het ‘echte’ zwembad, een recreatieplas of het eigen boerenzwembad gemaakt van foliebalen. Daar is de kans dat je iets oploopt ook minder groot dan in de sloot. Zo vormt de groeiende populatie ratten een risico, zij zijn dragers en verspreiders van de ziekte van Weil. Bij officiële zwemplaatsen worden ze door de verantwoordelijke instanties bestreden, in sloten meestal niet.

Een ander gevaar vormt gebroken glas en andere scherpe zaken. In het donker wordt er soms van alles in sloten gedumpt, je merkt er niets van tot je erin springt. Er zijn boeren die er op die manier achter kwamen dat de sloot achter in het land vol rommel lag.

Niet alleen kinderen waardeerden de sloot