Als je vroeg wilt strooien, moet je een gedeelde gift toepassen met een voorjaarsmeststof. - Foto: Jan Willem van Vliet RundveeNieuws

Vroeg in voorjaar meststof op grasland of wachten?

De temperatuursom wordt steeds vroeger bereikt. Moet je dan een gedeelde gift al begin februari geven of is wachten raadzaam?

Vroeg in het voorjaar meststof op grasland brengen of toch wachten? De temperatuursom (T-som), indicator voor het moment van kunstmeststikstof bemesting van grasland, lag op 13 januari gemiddeld al rond 90 graden. Met de huidige weersverwachting voor januari zal begin februari T-som 180 graden bereikt zijn. Dan begint gras te groeien en heeft het voedingstoffen nodig.

De vraag is of zó vroeg kunstmeststikstof geven zinvol is. Als het aan Mark de Beer, ruwvoerexpert bij Groeikracht ligt, is het antwoord ja. “Geef, mits de draagkracht voldoende is, al een gedeelde gift met een stikstofmeststof die speciaal bedoeld is voor vroege toepassing. Doe dit in de periode waarin de T-som tussen 180 en 250 ligt. In deze meststoffen zit weinig nitraatstikstof, maar vooral ammoniakale stikstof, vaak op basis van ureum, ammoniumsalpeter of zwavelzure ammoniak en bevatten voldoende zwavel.”

Drijfmest op grasland mag vanaf 16 februari

De hoeveelheid stikstof voor de eerste, vroege gift, moet beperkt worden tot twee derde van de totale hoeveelheid kunstmeststikstof die je wilt geven naast de geplande drijfmestgift. Die mag pas vanaf 16 februari worden uitgereden op grasland.

Kunstmeststikstof mag al vanaf 1 februari. Afhankelijk van de gehalten in de dierlijke mest is tweede derde van de kunstmestgift, samen met de organische mest vaak genoeg voor de bemesting van een weidesnede.

Er is nog kans op vorst

Risico’s vroege kunstmestgift grasland

Wim Bussink van NMI vindt dat je met zo’n vroege gift risico’s loopt. “We zitten nog zo vroeg in het jaar, dat er nog best kans is op een vorstperiode. Dat zal het gras een stuk terugzetten, en dat beïnvloedt de stikstofbenutting. Als je vroeg wilt strooien, doe dat dan vanaf T-som 250 graden. Daarna is de kans op vorst van betekenis zeer gering.” Voor weidepercelen adviseert NMI te strooien rond 300 graden, voor maaipercelen is dat rond 400 graden. In deze gevallen kan KAS worden gebruikt, dat voor de helft ammoniakale stikstof en de andere helft nitraat stikstof bevat.

Volgens Bussink levert, ongeacht de meststof, later strooien de hoogste stikstofbenutting. “En dat wordt steeds belangrijker.”

De Beer maakt zich geen zorgen over vorstperioden in de tweede helft van de winter. “Gras dat wil groeien moet je voeden. Dat geeft uiteindelijk de beste opbrengst maar ook de beste benutting. Dat zien we elk jaar weer in onze praktijkproeven.”

Reacties

  1. Is dit niet een beetje een onzin verhaal, 1e je vraagt aan een kunstmestleverancier of hij het zinvol vind vroeg kunstmest te strooien. Bovendien op mijn grasland is de vraag of ik kunstmest ga strooien niet aan de orde of ik moet het vanuit een boot doen.
    Maar er is meer nodig voor een goede grasgroei als een temperatuursom van pakweg 2/300 graden elke boer weet dat hij afhankelijk van de loonwerker en wat voor voer wil jij in de kuil hier in de streek is de tendens naar wat meer structuur in de kuil.
    ,, Ben er vroeg bij want je moet maar afwachten wat er groeit in de zomer” als je er te vroeg bij bent en je krijgt een periode van droogte en je kunt niet beregenen dan kijk je al na enkele weken op een woestijn uit.
    Kortom mijn oude heer zei jongen we hebben het niet zelf in de hand de heer wikt en beschikt (alhoewel we niet gelovig waren)

  2. 1 feb strooien betekent 1 april maaien. Joepi. 20 april mais zaaien en tweede snede eerste week mei enz enz. Ben er vroeg bij want je moet maar afwachten wat er groeit in de zomer.

Beheer
WP Admin