Rick van Nuland (27) werkt samen met zijn vader en oom. Ze hebben varkensbedrijven in Nistelrode en Langeboom (N.-Br). - Foto's: Jan Willem Schouten BoerenlevenAchtergrond

‘Met nieuwe regelgeving komen er mogelijkheden’

Rick van Nuland staat aan het begin van zijn carrière als varkenshouder. De varkensbedrijven die hij samen met zijn vader en oom heeft, zijn zo goed als klaar voor de toekomst. “Ik ga ervan uit dat ik een goede toekomst in de varkenshouderij kan hebben.”

Sinds 2021 vormt Rick samen met zijn vader en oom een bv. “Mijn vader is 58, hij schuift mij meer taken toe zodat hij rustiger aan kan gaan doen. Het plan is dat we met de derde generatie straks verder gaan met het bedrijf. Ook mijn twee neven zijn potentiële opvolgers. We hebben twee vestigingen, een in Nistelrode en een in Langeboom. Ik woon zelf bij de vestiging in Nistelrode waar we 900 zeugen en 8.200 vleesvarkens hebben. In die vestiging hebben we de afgelopen jaren alles verbouwd en gerenoveerd. Alleen de kraamstal moet nog. Op 1 jan 2024 willen we die klaar hebben, dat is het eerstvolgende concrete plan. We hebben nog geen vrijloopkraamhokken, die zullen in de toekomst nog wel eens komen. Dat wordt wel een uitdaging maar vooralsnog weten we nog niet wat de normen en de hokafmetingen worden.”

Lees verder onder de foto

Rick:
Rick: "Onze toekomst zal afhangen van Den Haag." Het bedrijf voert één ster Beter Leven-keurmerk.

Stallen voorzien van biologische luchtwassers

“We kochten er in 2012 een tweede vestiging bij in Langenboom met 400 zeugen en 500 vleesvarkens. We hebben stap voor stap uitgebreid en vernieuwd naar 600 zeugen en 4.600 vleesvarkens. Alle stallen zijn voorzien van biologische luchtwassers die 85% van de ammoniak uit de lucht halen. De stallen met zeugen kregen twee biologische wasunits. Dat geeft naast milieuvoordelen ook geurreductie. Buiten de stallen is geen varkenslucht meer te ruiken.

De stallen voor de drachtige zeugen zijn vernieuwd. Ze hadden al groepshuisvesting. Daarbij is er een koelsysteem met waternevel voor de luchtinlaat gekomen. De zeugen zijn verdeeld in groepen en worden met elektronisch gestuurde voerstations gevoerd.”

2.400 zonnepanelen gelegd

“Voorlopig zetten we in op vernieuwing en innovatie. Voor de verduurzaming hebben we 2.400 zonnepanelen gelegd, die leveren 650.000 kilowattuur per jaar. We willen in de toekomst nog volledig gasloos worden. Daarvoor willen we met een warmtepomp en warmtewisselaar energie uit het waswater gaan benutten voor het verwarmen van de biggen- en de kraamstal. Dan zijn we energieneutraal.”

Goede hoop dat er nieuwe mogelijkheden komen

“Of we in de toekomst verder gaan uitbreiden, dat weten we nog niet. Eerst maar eens de regelgeving afwachten. Ik vermoed dat er voor ons boeren nog wel een lastige tijd aan komt, maar ik heb wel goede hoop dat er nieuwe mogelijkheden komen als alles straks eenmaal is vormgegeven. Ik hoop een goede toekomst in de varkenshouderij te hebben, maar eigenlijk ga ik daar wel van uit. Misschien moet er een stapje bij of af, dat gaan we zien. We zitten niet naast een Natura 2000-gebied, dat scheelt. Ik ben ervan overtuigd dat de situatie beter wordt, ook als het gaat over de maatschappelijke druk en de publieke opinie. Op dit moment kunnen wij boeren niks goed doen, maar ik denk dat ook dat wel weer gaat veranderen.”

‘Leren naar onszelf kijken en communiceren’

“Persoonlijk wil ik me nog verder ontwikkelen, er valt nog genoeg te leren. Na de mas-3 heb ik nog bedrijfsmanagement gedaan, momenteel volg ik samen met andere bedrijfsopvolgers een cursus voor jonge agrariërs. We leren naar onszelf te kijken en te communiceren, want communicatie is belangrijk. Tijdens het verbouwen en uitbreiden van het bedrijf hebben we daarom ook de buurt er steeds intensief bij betrokken. We hebben een buurtdialoog georganiseerd met de buurtvereniging en van eventuele klachten maken we serieus werk.

Onze toekomst zal afhangen van Den Haag

We hebben zes personeelsleden. Ze zijn erg belangrijk voor ons en we overleggen veel. Ook dat is communicatie. Wij kunnen het wel bedenken, maar zij moeten het uitvoeren.

Over de bedrijfsomvang van de komende jaren durf ik nu niks te zeggen. Onze toekomst zal afhangen van Den Haag. We richten ons eerst op het gereedmaken van het bedrijf voor 2024. Daarna kijken we verder. Ik ben er positief over.”