RundveeOpinie

Kruislingen

Lang niet alle kruislingen produceren voldoende. Ze bieden wel betere benen en meer eiwit.

Nog zo’n 500 nachtjes slapen en er komt eindelijk een einde aan de wet superheffing. Als je de uitslagen van het melkcontrolejaar bekijkt, valt op dat de Nederlandse veestapel al weer gegroeid is. Het gemiddelde bedrijf in de melkcontrole had 87 koeien die 8.217 kilo melk produceerden met 4,39 procent vet en 3,55 procent eiwit. Totaal is dat dan 714.879 kilo melk.

De vraag naar melk is enorm. De melkprijs stijgt wekelijks. Wat is anno 2013 nog het nut van de superheffing? Waarom wordt die niet een jaar eerder afgeschaft of tenminste gehalveerd? Dat zou de zuivelsector een flinke impuls kunnen geven en melkveehouders eindelijk weer eens een goed inkomen. Want als de huidige trend voortzet, worden 2013 en 2014 financieel gezien weer verloren jaren door hoge voerkosten en torenhoge quotumkosten.

‘Opbrengst per box’, ‘kosten per koe’, dat soort kengetallen wordt belangrijk in de toekomst. In ieder geval gaan we naar meer melk per boer. Levensduur is totaal niet belangrijk in de VS, aldus de directeur van Select Sires. Er is daar jongvee genoeg. Maar ja, in de VS kost een gesekst rietje maar €13,50 en hier €30.

In Europa is levensduur wel cruciaal. Niet alleen om minder jongvee aan te hoeven houden, maar ook omdat we weten dat de langere levensduur een gevolg is van het feit dat koeien minder problemen hebben en dus minder werk geven. Ik was daarom benieuwd naar de levensproductie bij afvoer van de verschillende rassen. Helaas kan CRV die cijfers niet beschikbaar stellen, omdat er bij een aantal rassen te weinig koeien zijn voor betrouwbare cijfers. Maar in de toekomst gaan we daar meer van horen.

Uit de cijfers leid ik wel af dat de zwartbonte HF per lactatie 2,125 kilo vet en eiwit per dag produceren met 3,51 procent eiwit. Roodbont HF zit daar vlak onder met 2,07 kilo en 3,61 procent eiwit. Daarna volgen Brown Swiss-kruislingen met 2,01 kilo en 3,60 procent eiwit, de Noren met 2,01 kilo en 3,59 procent, de Jerseys met 1,96 kilo en 3,73 procent, de Montbéliardes met 1,92 kilo en 3,52 procent en bij Fleckvieh-kruislingen is het 1,906 kilo en 3,57 procent. Dan is er nog een grote groep MRIJ-kruislingen met 1,78 kilo en 3,64 procent.

Lang niet alle kruislingen produceren dus voldoende. Is het dan nog wel de moeite aandacht aan deze dieren te schenken? Ik denk het zeker, maar dan als eerste voor spreiding in bloedvoering. Immers, bij HF zijn alle koeien ondertussen familie van elkaar. Ten tweede heeft het nut voor eigenschappen die HF niet kan leveren, zoals betere benen van Jerseys en Brown Swiss én het betere eiwit.

Ik kijk, zolang ik geen cijfers zie, zeer kritisch naar andere eigenschappen die verkopers naar voren halen, zoals minder problemen of langere levensduur. Ook kijk ik altijd naar Nederlandse cijfers, desnoods omgerekend. Daar hecht ik veel meer waarde aan dan aan fokwaardecijfers ten opzichte van koeien in de Alpen of Noorwegen. De rekenmeesters kunnen uitstekend omrekenen.

Beheer
WP Admin