Foto: Pixabay BoerenlevenAchtergrond

Pas op! Spelende kinderen!

Grote machines, drukte en kinderen zijn een gevaarlijke combinatie. Met de puntjes op de i zijn ongelukken te voorkomen.

Als de voorjaarswerkzaamheden weer starten, is het op boerenerven een komen en gaan van trekkers en andere machines. Wie jonge kinderen heeft, moet ogen in zijn rug hebben om te voorkomen dat er ongelukken gebeuren.

Veiligheidsorganisaties hameren er steevast op dat een erf geen plek is waar kinderen behoren rond te lopen. Maar in de praktijk gebeurt dat nou eenmaal wel. Dan kun je maar beter zorgen dat het er zo veilig mogelijk is. Dat betekent: goed opletten, afspraken maken, maar ook zelf consequent zijn. Staat de trekker onbemand op het erf? Haal de sleutels uit het contact. Bezig met trekkeronderhoud? Zet de banden niet rechtop tegen een muur, maar leg ze plat neer. Motorolie vervangen? Bewaar het restant niet in lege colaflessen. Gereedschap gebruikt? Haal de stekkers uit het stopcontact.

Het is vooral een kwestie van bewustwording en je realiseren dat kinderen speels en onderzoekend zijn. Door de puntjes op de i te zetten, neemt de kans op ongelukken aanzienlijk af en kan het voorjaarswerk veilig van start.

‘Tot de streep en niet verder’

Henrike Flierman: 'Als het voorjaarswerk begint moet de focus er weer op.' - Foto: Ronald Hissink
Henrike Flierman: 'Als het voorjaarswerk begint moet de focus er weer op.' - Foto: Ronald Hissink

Henrike Flierman woont in Diepenveen (Ov.) op een bedrijf met akkerbouw en rosékalveren. “Nu is het nog rustig, maar binnenkort starten de voorjaarswerkzaamheden en dan moet de focus er weer op. Om de tuin zit een groot hek. Toen de kinderen nog klein waren, deed ik dat op slot. Nu zijn ze 7 en 10 en dan werkt dat niet meer. Ook de felgekleurde vlaggetjes aan hun fietsen en mutsen met een knalrood bolletje erop willen ze niet meer. Ze krijgen een eigen mening.”

Dat betekent niet dat alles kan en mag. “De kinderen mogen zelfstandig buiten spelen, maar er zijn wel regels. We nemen ze af en toe mee over het erf en leggen uit wat gevaarlijk is en waarom. Dat begrijpen ze goed. We maken ook afspraken over waar ze wel en niet mogen komen. De scheiding is een streep over het erf.”

Die streep ligt er letterlijk, aan de ene kant is de bestrating anders dan aan de andere kant. “Dat was al zo en daar hebben we gebruik van gemaakt om duidelijk te maken dat ze daar niet overheen mogen.” Aan de andere kant van de streep liggen tijdens het mestseizoen de mestputten vaak open. De loonwerker is er met grote machines aan de gang, kortom, het is een no-go-gebied. Willen de kinderen per se kijken, dan pakt Henrike ze bij de hand en dan gaan ze samen. Andere werkzaamheden dan mestrijden, vinden vaak wel plaats aan deze kant van de streep.

“Als de kinderen dan buiten zijn, dan weet mijn man dat. Hij houdt er rekening mee, kijkt steeds goed om zich heen. Dat is anders dan wanneer de loonwerker er is. Van hen kun je dat niet vragen. Maar als de machines een uur lang achter op het land bezig zijn, dan kunnen de kinderen in die tijd prima naar buiten.” Of ze gaan mee, want zoals op vrijwel elk boerenbedrijf rijden de kinderen ook hier graag mee op de trekker. “We hebben speciaal daarvoor een zitje laten monteren met een veiligheidsgordel.”

Het gaat goed, de kinderen houden zich aan de afspraken, al houdt Henrike de situatie wel voortdurend in de gaten. “Als ik zie dat ze zich niet aan de regels houden, dan moeten ze verder binnen spelen. Dat weten ze.”

‘Weten waar ze zijn’

Tineke van Loon: 'Ik houd altijd een oogje in het zeil.' - Foto: Mark Pasveer
Tineke van Loon: 'Ik houd altijd een oogje in het zeil.' - Foto: Mark Pasveer

Tineke van Loon-Sol heeft met haar man en schoonouders een akkerbouwbedrijf in Slootdorp (N.H.) “We hebben geen medewerkers en de loonwerker komt zelden. Dat maakt het tamelijk overzichtelijk en de communicatielijntjes zijn kort. De kinderen zijn nu 9, 7, 5 en 3 jaar. Als ze naar opa op het land willen, dan bel ik altijd even dat ze eraan komen. En als ze naar binnen gaan, melden ze zich af bij papa of opa zodat die weten waar ze zijn.”

Tineke leerde haar kinderen al vroeg: als jij papa of opa goed kunt zien, dan zien ze jou ook. Zorg dus dat je in beeld bent. Evengoed houdt ze altijd wel een oogje in het zeil. Toen de oudste twee nog klein waren, ging ze altijd met hen mee naar buiten. Inmiddels mogen zij zelfstandig het erf op. De jongste twee mogen dat alleen als de oudste twee er ook bij zijn.

“Dan houden ze elkaar aan de regels, zoals niet bij de sloot spelen en aan de kant gaan staan als er een trekker aankomt. En als het heel druk is en er komt elke vijf minuten een trekker of vrachtwagen langs, dan wordt er even niet buiten gespeeld tot het weer rustiger is. Of ze gaan mee op de trekker, ze kunnen in een speciaal zitje met een gordel om.”

Foto: Margreet Welink
Foto: Margreet Welink

Vlaggetjes op fietsen en skelters? “Ze mogen alleen skelteren op het erf als er geen machines zijn. Zijn die er wel, dan moeten ze aan de kant zodat de chauffeur ze wel kan zien. Zijn ze niet aan het fietsen of skelteren, dan hoeft zo’n vlaggetje dus ook niet.” Wel hebben de jongste twee buiten felgekleurde overalletjes aan. De oudste twee niet. Dat is omdat Tineke kinderoveralls gekregen had met een andere kleur. “En papa heeft ook een blauwe…”

En als er andere kinderen komen spelen? “Dan ben ik extra alert, want dan gaan ze onderling natuurlijk stoer doen. Daarom zoek ik dan een buitenklusje in de buurt, zodat ik ze in de gaten kan houden.”
“Het klinkt misschien arrogant, maar mijn kinderen luisteren goed. Ze houden zich aan de afspraken, want ze weten: doen we dat niet, dan is het klaar en moeten we naar binnen. Dat willen ze niet, want het zijn echte buitenkinderen.”
Beheer
WP Admin