RundveeAchtergrond

‘Omstanders lijken er meer moeite mee te hebben dan ik’

De veestapel van melkveehouder Coen van Zanten uit Lelystad wordt morgen geveild. De roodbontfokker stapt over naar de akkerbouw om zijn zoon op deze manier de kans te bieden het bedrijf op termijn over te nemen.

Wat zou je vader ervan hebben gevonden? Dit is slechts één van de vele vragen die melkveehouder en bovenal roodbontfokker, Coen van Zanten (57) kreeg nadat hij bekend had gemaakt te stoppen met het houden van koeien, en over te schakelen naar de akkerbouw. Het was zijn vader die in 1970 besloot een melkveebedrijf in de polder op te bouwen. ”Ik denk dat mijn vader er vrede mee zou hebben.”

Het huidige melkveebedrijf van de familie Van Zanten–Steendijk ligt ten noorden van Lelystad dicht bij de IJsselmeerdijk. De stallen zijn gebouwd met behulp van de in de Flevopolder bekende betonnen geprefabriceerde elementen. Rondom het bedrijf ligt 42 hectare land. Zes hectare wordt verhuurd voor de bollenteelt en nog eens 6 hectare voor de teelt van pootaardappelen. Naast de stallen bevindt zich een eigen manege.

Van Betuwe naar polder

De ouders van Van Zanten boerden in de jaren ’60 nog in de Betuwe. Ze hadden een gemengd bedrijf dat bestond uit akkerbouw, fruitteelt en veehouderij. Duidelijk was dat het hart van Coen lag bij de veehouderij. Daarom besloot zijn vader het bedrijf te verplaatsen en samen met zijn zoon een melkveebedrijf op te bouwen. In 1971 trok de familie met 35 melkkoeien naar de polder. De veestapel werd al vrij snel uitgebreid naar 80 melkkoeien. In 1986 nam Coen samen met zijn vrouw Leny het bedrijf over en in 1990 werd het pachtbedrijf gekocht van de staat.

Fokkerij

Na de invoering van het melkquotum in 1984 is het bedrijf niet veel meer gegroeid. ”Ik heb slechts één keer 25.000 kilo quotum bijgekocht.” Het aantal melkkoeien nam zelfs af naar ongeveer 55. Twaalf hectare grond werd verhuurd voor de teelt van tulpen en aardappelen. ”Je zou kunnen zeggen dat het bedrijf heeft stilgestaan, maar daar heb ik geen spijt van. Op deze manier kon ik meer aandacht besteden aan de individuele koe.” Bovendien hield hij op deze manier tijd vrij voor zijn grote passie: de fokkerij. In de fokkerijwereld staat Van Zanten bekend als de fokker van de Ria’s met als hoogtepunt Ria 27. ”Deze koe scoorde 92 punten voor algemeen voorkomen en 93 punten voor uier”, vertelt hij trots. ”Ze liep mee bij de Europese keuring in Brussel in 2004 en behaalde daar de tweede plaats.”

De fokkerij zit Van Zanten in het bloed. De Ria’s zijn afstammelingen van een zuivere MRIJ-koe van zijn vader. ”Ook deze koe scoorde al 90 punten voor exterieur en liep mee op de Nationale Rundvee Manifestatie.” Van Zanten voegde in de jaren ’80 en ’90 holsteinbloed toe om tot een mooiere koe, met een beter uier, te komen. ”Zonder holsteinbloed kun je zowel nationaal als internationaal niet meekomen in de fokkerij.”

Geen opvolger

De belangrijkste reden voor het beëindigen van het veebedrijf is het feit dat er geen opvolger is. Zijn oudste zoon heeft wel affiniteit met de agrarische sector, maar niet met de veehouderij. De andere zoon gaat voor een carrière buiten de agrarische sector. ”Het beëindigen van het veebedrijf betekent veel voor me, maar op deze manier bied ik mijn zoon de kans om het bedrijf over te nemen. Omstanders lijken hier meer moeite mee te hebben dan ik.”

Hij is verrast door vele reacties. Wat voor hem meespeelt om het besluit nu te nemen is dat het melkquotum nu nog waarde heeft. Daarbij heeft hij de afgelopen jaren weinig meer in het bedrijf geïnvesteerd. ”De melkstal is aan renovatie toe en er moet iets gebeuren aan de mestbewaring. Het was of nu overschakelen naar de akkerbouw, of over een jaar of vijf het bedrijf in zijn geheel verkopen.”

Eerste bieten ingezaaid

Duidelijk is dat de 57-jarige Van Zanten komende jaren niet rustig aan gaat doen. Zijn doel is om een levensvatbaar akkerbouwbedrijf neer te zetten. ”We hebben melkquotum verkocht en er bietenquotum voor teruggekocht. Afgelopen week heb ik de eerste bieten ingezaaid. Mijn eerste actie als akkerbouwer.” Van Zanten ziet niet op tegen de omschakeling. ”Ik heb mijn ogen in de afgelopen jaren goed de kost gegeven.” Wel is hij van mening dat het landwerk voortaan wat nauwkeuriger moet worden uitgevoerd. ”Als akkerbouwer moeten je percelen mooi recht en vlak zijn.” Hij verwacht dat de grootste verandering op het vlak van het inkomen ligt. ”Nu krijg ik nog elke maand melkgeld, maar als akkerbouwer gaan de inkomsten meer fluctueren. Daar moet ik mee leren omgaan.”

Veiling

Morgen worden de in totaal 107 roodbonte en drie zwartbonte koeien, die natuurlijk wel over een roodbontfactor beschikken, geveild. De koeien zijn van de week al geschoren en worden vandaag gewassen. ”Ik wil ze er bij de veiling in onze eigen manege super voor hebben staan. In de afgelopen jaren heb ik in de fokkerij steeds gewerkt naar een hoogtepunt en nu wil ik ook de veiling beleven als een hoogtepunt.” Wat hij op de dag van de veiling gaat doen weet hij nog niet. ”Misschien ga ik naast de veilingmeester zitten om zo nu en dan nog wat nuttige informatie over de koeien toe te fluisteren, maar misschien houd ik me ook wel meer op de achtergrond.”

Wat voor Van Zanten een hoop goed maakt is het feit dat hij ook actief is in de paardenfokkerij. De familie Van Zanten houdt zestien paarden. ”Het paardenvirus heeft bij ons aardig toegeslagen”, lacht hij. Ook in deze veehouderijtak boekt de familie succes. Zo werd onlangs één van hun merries kampioen van Flevoland en in de categorie driejarige springmerries behaalden ze tijdens het NK de vijfde plek.

Al de koeien gaan na de veiling direct weg. Het zal even wennen zijn: de lege stal. Hoewel hij beseft dat hij een levenswerk afsluit, is hij blij dat zijn koeien via de veiling bij de liefhebbers terecht komen. Hij blijft de fokkerij zeker volgen. ”Ik heb hoge verwachtingen van de pasgeboren Ria 88. De laatste nakomeling van topkoe Ria 27, waar ik vorig jaar afscheid van heb moeten nemen.”

Beheer
WP Admin