Intensiteit melkveehouderij opnieuw toegenomen - Foto: Ruud Ploeg RundveeNieuws

Intensiteit melkveehouderij opnieuw toegenomen

De melkproductie per hectare is afgelopen jaar toegenomen van 17.774 naar 18.678 kilo melk.

Dit blijkt uit de duurzaamheidskengetallen die de VLB, de vereniging van accountants en belastingadviesbureaus, op een rij heeft gezet aan de hand van cijfers van 260 melkveebedrijven.

De melkproductie van deze bedrijven nam in 2015 met 9% toe naar 990.000 kilo melk. Het grondgebruik steeg met 7% en de intensiteit nam zoals gezegd verder toe. De melkveehouders hebben volgens de VLB in 2015 al geanticipeerd op de AMvB grondgebondenheid die in 2016 in werking is getreden.

Stijging gemiddelde levensproductie verwacht

Ondanks de groei in melk en grond is de weidegang niet verminderd, maar zelfs licht gestegen. Wel liep het aantal uren weidegang fors terug van 1.228 naar 993 uren weidegang per jaar. De VLB geeft aan dat er in 2014 langer kon worden geweid door het uitzonderlijk mooie najaar.

De toename in melkproductie is een gevolg van de toename van het aantal melkkoeien plus een stijging van de melkproductie per koe. Ook de levensproductie per koe is toegenomen. De verhouding jongvee/melkkoeien daalt en zal door de invoering op 1 januari 2017 van de fosfaatrechten verder dalen. De VLB verwacht daardoor op de langere termijn een verdere stijging van de gemiddelde levensproductie en de gemiddelde leeftijd van de veestapel.

Geen sprake van evenwichtsbemesting

Met de productie van voedergewassen is 8 kilo fosfaat per hectare meer onttrokken dan door bemesting werd toegevoegd. Het fosfaatbodemoverschot is daarmee voor het tweede jaar negatief (2014 -18 kilo). Er is geen sprake van evenwichtsbemesting en met een verdere toename van de stikstof/fosfaat-verhouding (nu gemiddeld 2.9) is de verwachting dat dit probleem komende jaren verder gaat toenemen. Het stikstofbodemoverschot is in het minder groeizame jaar 2015 weer gestegen naar 154 kilo bij een lager gebruik aan kunstmeststikstof.

De VLB stelt vast dat groei in omvang gepaard gaat met groei in efficiëntie, waaronder de verlaging van ammoniak en CO2-emissies. De hogere melkproductie per koe, de hogere stikstofefficiëntie van de veestapel, het lagere energieverbruik en de inzet van minder stikstof uit kunstmest zijn daarin bepalend geweest.