Partner
Foto: DSV Zaden RundveePartner

‘Hoge ruwvoeropbrengst en kwaliteit verlaagt CO₂ en verhoogt rendement’

‘Meer ruwvoer van eigen land’, is een term die vaak wordt gepredikt. Maar heeft dit financiële impact en aan welke knoppen kan een melkveehouder draaien? “Uit analyses van KringloopWijzers blijkt dat goed ruwvoermanagement een grote bijdrage heeft aan een positief bedrijfsresultaat”, zegt Luuk Maas, productmanager forage quality bij DSV zaden. “Een hoge ruwvoeropbrengst is belangrijk, maar een hoge ruwvoerkwaliteit zeker ook.”

Sleutelrol voor VEM en energie

“Ruwvoer met een hoge VEM, goede verteerbaarheid en een lage NDF is gunstig in een rantsoen”, zegt Luuk. “Om eiwit namelijk goed te benutten is veel energie nodig en het goed verteerbare ruwvoer heeft ook een gunstig effect op de vermindering van methaan en CO2-uitstoot. Zo wordt de kringloop verbeterd en dat wordt steeds vaker in de markt beloond.” Kortom, meer melk uit ruwvoer. Hierdoor hoeft minder uitgegeven te worden aan krachtvoer of kan met de krachtvoer aanvulling nóg meer geproduceerd worden.

Grasland vaker maaien

Bij het graslandmanagement zijn verschillen te maken. Maas ziet dat ook: “Als gras ouder wordt ‘verhout’ het langzaam door ligninevorming en gaat de voederwaarde achteruit. Deze ‘verhouting’ gaat sneller bij een hoge lichtintensiteit in de zomer. Het energiegehalte daalt door een lagere verteerbaarheid en het eiwitgehalte daalt, doordat het verdund wordt door de groei van het gras”, aldus Luuk. ‘Na verloop van tijd groeit er bijna geen gras meer bij en zal het onderste blad zelfs bruin van kleur worden en zal het blad verouderen en meer NDF gaan bevatten. Daarnaast zijn er periodes waar de stengel zichtbaar wordt en verhout wanneer je langer wacht met maaien.”

Luuk adviseert dan ook om elke 4 weken te maaien i.p.v. om de 6 weken. “De verteerbaarheid van het gras blijft dan beter en de hergroei van het gras komt sneller op gang.”

Tekst gaat verder onder foto

Luuk Maas, product manager forage quality: “Voedergras wordt al decennialang met succes verbeterd door veredelaars.”
Luuk Maas, product manager forage quality: “Voedergras wordt al decennialang met succes verbeterd door veredelaars.”

CO en methaan

Hoe zit het met de CO-vorming? Een koe is een herkauwer en tijdens het herkauwproces komt methaan vrij. “Wanneer het gras iets minder celwanden bevat en wanneer deze celwanden ook beter verteerbaar zijn, zal minder methaan vrij komen”, zegt Luuk. “Bij een hogere melkproductie is de methaan uitstoot per liter al helemaal lager. Ook bij CO-vorming is energie en verteerbaarheid van groot belang.”

Uit mengselbeproevingen blijkt de ruwvoerkwaliteit, en daarmee efficiëntie, hoger te liggen bij de COUNTRY MilkMore mengsels

Beweiden draagt bij aan efficiënter omgaan met inhoudsstoffen en emissies van CO, ammoniak en methaan. Luuk beaamt dat: “De kwaliteit van vers gras is namelijk altijd hoger dan wanneer deze gemaaid en ingekuild wordt. Vanaf het moment van maaien treden veldverliezen op in kilo’s droge stof, maar ook in voederwaarde waar bijvoorbeeld suikers verloren gaan en het aandeel celwanden stijgt. Tijdens het inkuilproces zijn het met name de eiwitten die aan aandeel en kwaliteit verliezen.”

Tekst gaat verder onder foto

DSV COUNTRY MilkMore 14 mengsel op demo.
DSV COUNTRY MilkMore 14 mengsel op demo.

Vakmanschap van de ondernemer

Veel ruwvoermanagement opties hebben betrekking op vakmanschap van de ondernemer. Maar ze zijn voor een deel afhankelijk van het weer en niet altijd optimaal toe te passen in de praktijk.

Luuk: “Er is echter een factor die van belang is en waar het weer géén invloed op heeft: de mengselkeuze.’ Waar menig veehouder exact weet welk maisras gezaaid is, wordt bij dezelfde vraag over het gras vaker aarzelend geantwoord: ‘Wat de loonwerker in de schuur heeft staan.’”

Een verschil van 25 VEM lijkt niet groot, maar reken maar eens door wat dit verschil betekent op het totale bedrijfsniveau

“En dat terwijl het voedergras ook al decennia door veredelaars wordt verbeterd op hoge efficiëntie om met minder input onder steeds extremere omstandigheden de hoogste opbrengsten en voederwaardes behalen”, aldus Maas.

Mengselbeproevingen

DSV zaden heeft in haar veredeling het verbeteren van de ruwvoerkwaliteit al jaren hoog op de agenda staan. Uit mengselbeproevingen blijkt dat dit zijn vruchten heeft afgeworpen. Maas over deze proeven: “Wanneer de DSV COUNTRY MilkMore mengsels vergeleken worden met alle topmengsels welke op de Nederlandse markt te koop zijn, blijkt de ruwvoerkwaliteit, en daarmee efficiëntie, hoger te liggen bij de MilkMore mengsels. Het hogere suikergehalte zorgt voor smakelijk voer en een goede kuilconservering en tijdens weidegang wordt deze suiker gebruikt om direct het overwicht aan (snelle) eiwitten om te zetten, waardoor minder verliezen optreden. Door het hogere suikergehalte, maar zeker ook door de hogere celwandverteerbaarheid is meer veilige pensenergie beschikbaar en is de ruwvoeropname hoger. Dit alles resulteert in meer energie op pensniveau, een hogere microbiële eiwitvorming en minder uitstoot en verliezen”, aldus Luuk.

Tekst gaat verder onder grafiek

Mengselbeproeving toont hogere voederwaarde bij MilkMore mengsels
Mengselbeproeving toont hogere voederwaarde bij MilkMore mengsels

“Qua VEM-score is het verschil tussen de COUNTRY MilkMore mengsels en het gemiddelde van de proef bijna 25 VEM. Dit verschil lijkt niet groot, maar ga eens met je adviseur om tafel zitten en reken door wat dit verschil betekent op het totale bedrijfsniveau. De impact op het financiële rendement is groot”, adviseert Maas.

Beheer
WP Admin