Slimme keuzes voor rustgewassen: rendement en bodemkwaliteit verbeteren
Het is soms een hele puzzel voor melkveehouders om het ruwvoerbouwplan rond te krijgen binnen de verplichte rustgewasregeling op zand- en lössgronden. Tegelijkertijd biedt een rustgewas kansen voor bodemgezondheid en gewasrotatie. Maar hoe kies je het juiste gewas? Roy Kuenen, productmanager voedergewassen van DSV zaden Nederland, deelt zijn inzichten.
Een rustgewas is een gewas in rotatie dat bijdraagt aan bodemverbetering, het verminderen van nutriëntenuitspoeling en het beheersen van ziekten en plagen. Op zand- en lössgronden is het verplicht om eens per vier jaar een rustgewas te telen. “Voor melkveehouders betekent dit in veel gevallen dat de continue teelt van mais doorbroken moet worden,” zegt Kuenen.
Meerdere mogelijkheden voor rustgewas
“Voor melkveehouders is het interessant om een rustgewas te kiezen dat ook als ruwvoer ingezet kan worden. Voer van eigen land is financieel gezien erg efficiënt,” legt Kuenen uit. “Dit beperkt de opties wel aanzienlijk,” zegt Roy. “Gras en mais vormen een sterke combinatie binnen het ruwvoerbouwplan, omdat deze gewassen al veelvuldig in de praktijk worden gebruikt en zeer geschikt zijn voor een goede melkproductie.”
Een slimme keuze binnen deze rotatie is grasklaver. “Grasklaver biedt een win-winsituatie,” aldus Kuenen. “Door enkele jaren grasklaver te telen profiteert de mais hier ook van. Het verhoogt het organische stofgehalte en bindt stikstof uit de lucht, wat later beschikbaar komt voor de maisteelt. Dit bespaart op kunstmest en draagt bij aan een gezonde bodem.”
Door in 2026 kortdurend grasland in te zaaien, benut je slim de regelgeving en pak je met één inzaai twee tijdvakken mee
“Door de regelgeving slim te benutten, kan het ook aantrekkelijk zijn om in zowel 2026 als 2027 kortdurend grasland te telen op een perceel. Zo valt het perceel binnen twee verschillende tijdvakken met slechts één inzaai. COUNTRY Silage 2 met Silage Klaver Mix is hiervoor een uitstekende keuze”, adviseert Kuenen.
Andere goede opties zijn soortenrijk grasland, luzerne of sorghum, die ook meetellen voor eco-activiteiten binnen het GLB.
De uitdagingen van rustgewassen
Het grootste struikelblok voor melkveehouders is het inpassen van het rustgewas in hun bouwplan. Met name de percelen op afstand vormen een uitdaging. Niet voor niets wordt hier vaak mais geteeld vanwege lagere loonwerkkosten (reistijd) en beperkte beregeningsmogelijkheden. “Je wilt hier als boer liever geen gras gaan telen, als je er vijf keer per jaar met de hakseltrein naar toe moet, bemesten, etcetera,” weet Kuenen uit ervaring.
Slim omgaan met mais

Voor percelen op afstand zijn gewassen die weinig arbeid vragen en goed bestand zijn tegen droogte de beste keuze. Een mogelijkheid is het inzaaien van een maisras dat vroeg afrijpt zodat er vóór 1 september een vanggewas gezaaid kan worden. Deze dient niet bemest te worden en niet vernietigd te worden tot en met 1 februari. De keuze van het juiste maisras speelt hierin wel een belangrijke rol.
Kuenen adviseert: “Het ras JOY (FAO 150) is een ultravroeg ras die in het zuiden en het oosten hiervoor kan worden ingezet. Het geeft een prima opbrengst, goede plantkundige eigenschappen en zetmeelopbrengst. In de noordelijke delen van het land passen FLYNT (FAO 110) en AMBIENT (FAO 120) beter, deze geven nog meer oogstzekerheid. Let wel, oogsten voor 1 september is geen garantie, de weersomstandigheden moeten uiteraard niet tegenzitten,” merkt Kuenen op.
Sorghum-mais mengteelt: meer droogtetolerant

Een andere optie is het telen van sorghum of een mengteelt van sorghum en mais. “Sorghum kan erg goed tegen droogte en geeft een prima opbrengst en structuurrijk ruwvoer. Door deze te combineren met mais haal je hoge opbrengsten, hoef je niet voor september te oogsten en verhoog je de oogstzekerheid”, zegt Kuenen.
De Sorghum-Mais Mix STRUCTUUR is zorgvuldig samengesteld zodat de rassen elkaar aanvullen en volledig kunnen ontwikkelen. “Het juiste management is wel erg belangrijk voor een succesvolle teelt,” zegt Roy. “Afgelopen jaar is in de praktijk een gelijke opbrengst aan mais gerealiseerd en de voederwaarde zat op 937 VEM en 277 zetmeel. Prima ruwvoer om van te melken dus!”
Conclusie
Het kiezen van het juiste rustgewas vraagt om een doordachte strategie. Door te kijken naar bodemverbetering, voederwaarde en regelgeving kunnen melkveehouders een gewas kiezen dat niet alleen voldoet aan de verplichtingen, maar ook financieel en praktisch voordeel oplevert. Of het nu gaat om grasklaver, vroeg afrijpende mais of een sorghum-maismengteelt, de juiste keuze kan een melkveebedrijf efficiënter en duurzamer maken.
Raadpleeg altijd www.rvo.nl voor de meest actuele wet- en regelgeving.
Bekijk onze ruwvoerbrochure en onze teelthandleidingen