Een echt boerenspel

De Nederlandse spellenprijs is dit jaar gewonnen door het spel Agricola van uitgever 999-games. Een echt boerenspel! Of niet?

Bij ons thuis is het elke zaterdagavond spelletjesavond. Ik ben zelf een groot liefhebber van bord- en kaartspellen, en heb de rest van mijn gezin in mijn hobby mee weten te sleuren door chips en fris te serveren. Binnen het aanbod van spellen ben ik altijd extra geïnteresseerd in spellen met een agrarisch thema. Uit Amerika heb ik bijvoorbeeld het spel The Farming Game, wat een soort Monopoly is, maar dan op de boerderij. En uit Duitsland het spel Dicke Kartoffeln, wat behoorlijk goed het telen van aardappelen simuleert, inclusief dalende prijzen bij een hoog aanbod. Mijn favoriete spel is Boonanza, en dat gaat over het telen van verschillende soorten bonen.

Dat ik van spellen hou is ook in Opa wel te lezen. Zo heb ik ooit een aflevering gemaakt waarin Opa zelf een spel uitvindt (nr. 90005). Meer recent werd er regelmatig geklaverjast op de boerencamping, en één keer kwam er zelfs Pandemie op tafel (nr. 94047). En natuurlijk heeft er een keer een Opa-kwartet bij Boerderij gezeten. Als ik geen strips teken of spelletjes speel probeer ik zélf wel eens een spel te bedenken met Opa en zijn familie in de hoofdrol. En vaak als ik een ander spel speel denk ik: “Hoe zou ik hier een Opa-spel van kunnen maken?” Het spel Pandemie bijvoorbeeld gaat over het bestrijden van besmettelijke ziektes over de hele wereld. Maak daar vee- en gewasziektes op Opa’s bedrijf van, en je hebt al bijna een nieuw spel…

Terug naar de winnaar: In het spel Agricola ben je een boer in de 17e eeuw en probeer je een renderende boerderij op te bouwen. Je begint met een leeg veld en een houten huisje. Gaandeweg kun je bijvoorbeeld je huis groter en je gezin uitbreiden, zodat je meer mensen aan het werk kunt zetten. Je kunt hout verzamelen en daarmee weiden omheinen, waar je dan weer schapen, varkens en koeien in zet. En je kunt akkers ploegen en daarop graan en groente telen.
In de uitgebreide versie van het spel, die wij altijd spelen, kun je investeren in vaardigheden en productiemiddelen. Je kunt bijvoorbeeld een betere ploeg kopen of je bekwamen in het verhandelen van je producten. De kunst bij Agricola is om je bedrijf zo breed mogelijk te
ontwikkelen, want voor elk onderdeel krijg je punten. Dit staat in schril contrast met de werkelijke agrarische wereld, waar het toch
vooral om specialisatie lijkt te draaien. Een ander aspect van Agricola is dat je elkaar dwars kunt zitten bij opbouwen van je boerderij. Als je er voor kiest om een akker te ploegen, dan kan een andere speler dat in dezelfde ronde niet meer doen. Hetzelfde geldt voor alle andere werkzaamheden. Het zou in werkelijkheid niet handig zijn als je niet mag doen wat je buurman al deed…

Bij ons thuis komt Agricola regelmatig op tafel. Op deze manier voel ik mij af en toe toch nog een beetje boer. Maar dan aan de keukentafel, met chips en fris.