Vee-import piekt tussen maart en juli 2015

In week 13 en 14 (laatste week maart, eerste week april) te verdrie- en verviervoudigen naar 1.594 koeien in week 13 en 1.467 in week 14. Over het eerste kwartaal van 2015 zijn met 7.332 koeien ruim 2.000 meer ingevoerd. In deze cijfers zijn alle soorten koeien meegeteld, dus ook zoogkoeien. Gezien de aard en omvang van die sector kan worden gesteld dat deze niet verantwoordelijk is voor de forse stijging van de importcijfers.

De importcijfers bevestigen de berichten van april vorig jaar dat veehandelaren toenames van buitenlands vee zagen. Destijds had RVO.nl geen cijfers voor handen.

De hoge import hield ook na 1 april 2015 aan. Veehouders konden hun stal niet op korte termijn vullen en voerden dus gespreid over een aantal maanden dieren aan. In het tweede kwartaal was de import met 10.997 dieren tweeënhalf keer zo hoog dan in dezelfde periode in 2014. Het voortduren van de import werd mede veroorzaakt door de dreigende referentiedatum voor fosfaatrechten. Opvallend is dat de import na week 27 (week van 1 juli) inzakte; zodra de referentiedatum bekend werd, nam de drang om koeien in te voeren af. Maar desondanks blijft de invoer boven het niveau van 2014. Over heel 2015 zijn 32.227 buitenlandse koeien aangekocht, tegen 17.882 in 2014. De vraag naar koeien houdt ook dit jaar aan: tot half oktober staat de teller al op 21.234 ingevoerde koeien.

Geen verder onderzoek naar gesjoemel met I&R

Deze importcijfers staan los van de beslissing van staatssecretaris Martijn van Dam om geen verder onderzoek te doen naar gesjoemel met het opgeven van aangekochte runderen in I&R rond referentiedatum 2 juli 2015. Veehouders anticipeerden langere tijd op de afschaffing van het quotum en de dreiging van een referentiedatum.