Jaarlijks publiceert LEI Wageningen UR pachtnormen. Deze zijn van belang bij de totstandkoming van pachtprijzen, zoals bij reguliere pachtovereenkomsten.</p> <p><em>Foto: Martijn ter Horst</em> AlgemeenNieuws

Pachtakkoord weer geklapt

Pachters- en verpachtersorganisaties zijn er wederom niet in geslaagd een breed gedragen akkoord te bereiken over een nieuw pachtstelsel.

Dit blijkt uit het eindvoorstel van de betrokken organisaties. In 2014 was er een ‘deelakkoord Spelderholt‘. Vorig jaar klapte dat akkoord. Initiatiefnemers van het akkoord probeerden nadien alsnog alle neuzen dezelfde kant op te krijgen. Nu blijkt dat twee partijen, die pachters vertegenwoordigen, het niet eens zijn met de voorgestelde herziening van het pachtstelsel.

LTO steunt akkoord

De Bond van Landpachters (BLHB) en NAJK hebben geen handtekening gezet onder het nieuwe ‘Akkoord van Spelderholt’. Opvallend: LTO Nederland steunt het wel, waar het eerder, samen met de bond en NAJK, tegenstemde. Andere organisaties die het voorstel steunen zijn: verpachtersorganisatie Federatie Particulier Grondbezit (FPG), grondbelegger ASR Vastgoed Vermogensbeheer, stichting LandschappenNL (voorheen De12Landschappen) en Natuurmonumenten.

Reguliere pacht met vrije prijs

In het huidige ‘akkoord’ staat dat reguliere pacht blijft bestaan, maar dat de aanvangsprijs zelf bepaald kan worden door de verpachter en pachter. Er bestaat de mogelijkheid om de afgesproken pachtprijs te laten toetsen aan de gemiddelde pachtprijs in de desbetreffende omgeving van een vergelijkbaar pachtobject.

De ondertekenaars zijn het eens over het overgangsrecht bij bestaande reguliere pachtovereenkomsten. Voor de zittende pachter en zijn (binnen 4 jaar aan te wijzen bedrijfsopvolger) geldt voor de hele periode pachtprijsbescherming. Voor pachtafhankelijke bedrijven komt daar nog een generatie (30 jaar) bij.

Pachtafhankelijke bedrijven zijn bedrijven waarvoor geldt dat de pachtovereenkomst betrekking heeft op gebouwen, dan wel dat er meer dan 37,5% van de bedrijfsoppervlakte wordt gepacht, met een minimum van 3 hectare. Uit cijfers van de Landbouwtelling 2015 blijkt dat een kwart tot ruim de helft van de land- en tuinbouwbedrijven per provincie pachtafhankelijk is (37,5%).

Flexibele pacht invoeren

De ondertekenaars van het eindvoorstel willen tevens de pachtvorm ‘flexibele pacht’ invoeren. Deze pachtvorm moet naast grond, ook mogelijk zijn voor hoeves en gebouwen. Flexibele pacht biedt de pachter geen continuatierecht, geen indeplaatsstelling en geen voorkeursrecht (vergelijkbaar met de huidige vorm geliberaliseerde pacht).

Loopbaanpacht introduceren

In het eindvoorstel staat ook de introductie van loopbaanpacht. Deze pachtvorm kent een duur van tenminste 25 jaar en eindigt als de pachter de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. Er is geen continuatierecht, pachtprijs kan in vrijheid bepaald worden, indeplaatsstelling is mogelijk, maar leidt niet tot een andere einddatum. Het is dus niet vanzelfsprekend bij loopbaanpacht dat een bedrijfsopvolger de pachtgrond over kan nemen.

De pachtprijs van een loopbaanovereenkomst kan worden getoetst als dat is overeengekomen. Dat kan direct na ingang van de overeenkomst.

Verder staat in het voorstel dat alle pachtovereenkomsten geregistreerd moeten worden bij de grondkamer, zodat inzicht komt in pachtprijzen.

‘Als jullie het overlaten aan de Tweede Kamer, dan krijgt u iets wat u niet wilt hebben’.

Politiek aan zet

Initiatiefnemers van het Akkoord van Spelderholt hebben inmiddels Martijn van Dam, staatssecretaris van Economische Zaken, op de hoogte gebracht. De bewindsman wordt gevraagd de initiatiefnemers te betrekken bij de voorbereiding van het wetsvoorstel. De politiek heeft vorig jaar al gezegd ‘laat pacht niet aan politiek over’. “Als jullie het overlaten aan de Tweede Kamer, dan krijgt u iets wat u niet wilt hebben”, waarschuwde Jaco Geurts, Tweede Kamerlid van het CDA, vorig jaar tijdens de jaarvergadering van de BLHB.

Reactie BLHB en NAJK

In februari kwam de BLHB nog met een voorstel om de patstelling tussen pachters en verpachters vlot te trekken. De bond wilde namelijk geen vrije prijsafspraken meer tussen pachter en verpachter bij een geliberaliseerde pachtovereenkomst, maar prijsregulering. Dit voorstel kreeg onvoldoende steun.

NAJK kan zich niet vinden in het eindvoorstel, omdat het vreest dat er te weinig nieuwe langdurige pachtovereenkomsten, zoals reguliere en loopbaanpacht, worden afgesloten. NAJK benadrukt dat juist dat wel de bedoeling was en daarom het pachtstelsel moest veranderen. De belangenvereniging voor jonge boeren zette onder het akkoord ook geen handtekening, omdat er geen koppeling meer is tussen de verdiencapaciteit van de grond en de pachtprijs.

Beheer
WP Admin