Unilever ziet markt verslechteren

Rotterdam – Unilever heeft het afgelopen kwartaal een omzet geboekt van €12,2 miljard, 2 procent minder dan een jaar eerder. Het Nederlands-Britse levensmiddelenconcern worstelt met een kwakkelende economie in Europa, maar verkocht ook fors minder in China. Daarnaast zit de relatief ‘harde’ koers van de euro de onderneming tegen.

De belangrijkste klappen worden opgevangen door de twee divisies die voeding produceren, samen goed voor circa 46 procent van de totale omzet. De verkoop van voedingsmiddelen nam met bijna 1 procent af, deels door minder vraag naar vlees maar vooral door de slechte markt voor margarine. Door de slechte Europese zomer viel verder de ijsverkoop tegen.

Gecorrigeerd voor wisselkoerseffecten steeg de omzet onderliggend met 2,1 procent, wat niettemin de kleinste toename is in de afgelopen vijf jaar. Unilever noemt Europa de moeilijkste markt. De groei is zelfs in Duitsland nu stilgevallen en de prijsdruk is hoog, en dan nog het meest in Groot-Brittannië en Frankrijk. Opkomende economieën boden lang soelaas, maar dat is niet meer het geval.

Unilever wijst erop dat de groei van de Braziliaanse economie is teruggevallen van 3,5 procent in het tweede kwartaal van 2013, maar 0 procent nu. De Russische economische groei is in september ook stilgevallen, mede door de sancties van het Westen die Unilever overigens niet direct raken. De 16 procent gedaalde waarde van de roebel raakt de onderneming wel.

De verkoop van verzorgingsmiddelen als zeep, shampoo en deodorant nam nog wel toe, maar in een minder sterk tempo dan voorheen. Eerder was China voor deze productgroepen winstmaker, maar ook hier is groei teruggevallen naar een voor Chinese begrippen magere 7 procent. Financieel topman Jean-Marc Huët spreekt van een “perfect storm” voor Nederlands grootste voedingsmiddelenproducent.