AlgemeenAchtergrond

Natuurregels aan herziening toe

De klem die starre natuurregels boeren opleggen, moet weggehaald worden, betogen onder meer LTO en Europarlementariër Schreijer-Pierik.

De bestaande Europese natuurregels beperken de ontwikkelingsmogelijkheden van veel boerenbedrijven. Op verschillende fronten wordt gewerkt aan een werkbaar systeem, zonder de bestaande regels te veranderen.

De Nederlandse overheid zoekt naar een meer flexibele aanpak, zo blijkt uit de inbreng van het ministerie van Economische Zaken tijdens de evaluatie van het Europese natuurbeleid.

Natuurbeleid op de agenda

Tijdens het EU-voorzitterschap van Nederland (eerste helft 2016) zal het Europese natuurbeleid nadrukkelijk op de agenda staan. Daar wordt in Brussel inmiddels al een voorschot op genomen. Een paar weken geleden werd in Brussel een eerste evaluatie gepubliceerd van de Europese natuurgebieden. Dat gebeurde op een bijeenkomst met veel vertegenwoordigers vanuit de natuurbescherming.

Er kwam opmerkelijke bijval voor de Duitse ambtenaar Else Nickel van het ministerie van milieu en natuurbescherming. Zij betoogde dat het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) op de kop moet, omdat de steun aan boeren alleen maar ten koste gaat van natuur, en kreeg hierop een lange ovatie.

Het bewerken van grasland wordt onmogelijk als het perceel in een Natura 2000-gebied ligt. Scheuren, ploegen en opnieuw inzaaien, zijn dan niet toegestaan.

Het bewerken van grasland wordt onmogelijk als het perceel in een Natura 2000-gebied ligt. Scheuren, ploegen en opnieuw inzaaien, zijn dan niet toegestaan.


Foto: William Hoogteyling

Weinig aandacht voor belangen boer

Er zijn ook andere geluiden in Brussel; ze krijgen niet altijd applaus. CDA-Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik bijvoorbeeld brak in de milieucommissie van het Europees parlement als enige een lans voor de belangen van de boer.

Er wordt rekening gehouden met de ecologische belangen, maar de sociale, culturele en economische belangen – die ook genoemd worden in de Habitatrichtlijn – komen niet tot hun recht, vindt Schreijer-Pierik. Zij komt op 1 december met een eigen nota. Land in de knel is de veelzeggende titel van de bloemlezing, die zich richt op de uitvoering van de Europese regelgeving in Nederland (zie interactieve afbeelding).

De CDA-politicus schrijft dat in Nederland heel kleine natuurgebieden zijn aangewezen, met grote gevolgen voor bedrijven in de omgeving ervan. In het dichtbevolkte Nederland, waar natuur midden tussen en in woon- en werkgebieden ligt, levert dat structureel conflicten op. Het gaat om conflicten tussen landbouw en natuur, en ook tussen in­dustri­ë­le activiteiten en natuur.


Compensatie niet toegestaan

Kernprobleem is dat de Europese regelgeving niet toestaat dat economische activiteit enig nadeel oplevert voor de beschermde natuur, zelfs niet als er mogelijkheden zijn om de schade op de ene plek te compenseren op een andere plek. Daarbij komt dat het voor individuele ondernemers praktisch onmogelijk is om aan te tonen dat activiteiten geen nadelig effect hebben.
Dat complexe onderzoek is voor de stikstofneerslag in natuurgebieden in Nederland met het Programma Aanpak Stikstof (PAS) overbodig geworden.

Beleidsadviseur Gerbrand van ’t Klooster van LTO Nederland schetst dat een boer dankzij het PAS-systeem nu zelf in een paar uurtjes achter zijn computer veel informatie kan vergaren. Deze informatie moest voor de invoering van het PAS voor veel geld door adviesbureaus worden geleverd.

PAS lost niet alle knelpunten op

Met het PAS zijn echter niet alle knelpunten weggenomen. “Toch willen we het systeem niet kwijt”, zegt Van ’t Klooster. Hij ziet mogelijkheden om de uitleg van de Europese regels te verduidelijken, waardoor rechters bij de juridische interpretatie van de regels meer mogelijkheden hebben om rekening te houden met de situatie ter plekke.

Hij geeft het voorbeeld van gemeentelijke bestemmingsplannen die bij de beoordeling van effecten op natuurgebieden zo worden geïnterpreteerd dat elke ruimte die er is ook zal worden ingevuld. “Terwijl we uit de praktijk weten dat dat nooit gebeurt. Het beperkt een bedrijf dat zich wil ontwikkelen echter wel heel sterk.”

Boer aan wieg beschermde natuur

Er is in Nederland geen vierkante meter te vinden, die niet door de handen van mensen is gegaan. Dat geldt ook voor elk stukje natuur. In veel gevallen is de natuur die nu een beschermde status heeft, ontstaan met dank aan de mens – de boer voorop.

Nu loopt de boer regelmatig op tegen beperkingen in de bedrijfsvoering, vanwege kwetsbare natuur.

Het zijn de Europese Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn – meestal kortweg aangeduid als Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR) – die de bescherming van kwetsbare natuur regelen. Op grond van de VHR heeft Nederland, net als andere landen, natuurgebieden aangewezen die op grond van de richtlijnen extra bescherming verdienen. Dat zijn de zogenoemde Natura 2000-gebieden, waarvan Nederland er ruim 160 telt.

Knelpunten in de VHR:

  • Verbod op compensatie: schade aan natuur kan niet gecompenseerd worden met verbetering op een andere plek.
  • Kleine natuurgebieden hebben (relatief) grote impact op omgeving.
  • VHR laat geen ruimte voor lokaal maatwerk.
  • VHR beoordeelt natuur per land, waardoor bescherming in het ene land afwijkt van die in het andere.
  • Boeren in de directe omgeving van beschermde natuur hebben nauwelijks ontwikkelingsmogelijkheden.

Er zijn weinig veehouders die niet op de een of andere manier de schaduwwerking van de beschermde Natura 2000-gebieden voelen, ook al hoeft dat niet meteen een belemmering in de ontwikkeling te betekenen. Voor veehouders die in of aan de rand van een beschermd natuurgebied werken, zijn de problemen soms niet te overzien.

Slimme oplossingen geblokkeerd

Binnen de strakke kaders van de Vogel- en Habitatrichtlijn is het nauwelijks mogelijk slimme oplossingen te bedenken, die zowel ecologie als economie ten goede komen. Boeren die hun bedrijf willen ontwikkelen, worden heel snel in hun mogelijkheden beperkt als de investeringen (nieuwe stal, meer vee) mogelijk een negatieve impact hebben op de natuur.
Staatssecretaris van Economische Zaken Martijn van Dam wil in 2016 als voorzitter van de EU-landbouwministers koersen op aanpassing van de uitleg van de regels, de zogenoemde guidances (richtsnoeren). Doel van de Nederlandse inzet is tot een werkbare richtlijn komen.
Ondernemers zelf staat tot nu toe vooral de weg naar de rechter open, als de provincie geen Natuurbeschermingswetvergunning afgeeft. Een andere optie is onderhandelen met de provincie over eventuele verplaatsing van het bedrijf.

Beheer
WP Admin