CBS: 2.405 stoppende landbouwbedrijven in 2023
In 2023 zijn er in Nederland 2.405 vestigingen van agrarische bedrijven gestopt. Dat blijkt uit cijfers van het CBS. Het aantal geregistreerde bedrijfsbeëindigingen is daarmee 17% lager dan in 2022, maar nog altijd ruim boven het gemiddelde van afgelopen vijf jaar, dat op 2.284 bedrijven ligt.
Met 685 komen de meeste stoppende agrarische vestigingen in 2023 uit Zuid-Holland, gevolgd door Noord-Brabant (370) en Gelderland (320). In Flevoland stopten de minste landbouwbedrijven: 70 in 2023.
Sinds CBS begon met de registratie van stoppende bedrijven in 2007 werden in totaal 50.580 stoppers geregistreerd. Het aantal bedrijfsbeëindigingen schommelt sterk tussen de verschillende jaren. In 2010 stopten de meeste bedrijven met 5.495. Sinds 2007 nam het aantal stoppende bedrijven af tot 2.175 in 2015. In 2018 volgde een nieuwe piek. In dat jaar stopten met 2.635 bijna 1.000 bedrijven meer dan het jaar ervoor. In dat jaar moesten melkveehouders hun veestapel inkrimpen in de aanloop naar de invoering van het fosfaatrechtenstelsel. In 2022 was een nieuwe piek: toen stopten 2.905 bedrijven, waarvan een groot deel in Noord-Brabant en Gelderland. In dat jaar was de saneringsregeling voor de varkenshouderij.
De cijfers van CBS geven de definitieve beëindiging van de vestigingen van bedrijven weer. Wanneer bedrijven meerdere locaties hebben, worden deze verschillende bedrijfsvestigingen afzonderlijk geteld. Bedrijfsbeëindiging wordt geteld als een bedrijf écht uit productie wordt genomen. Bedrijfsoverdracht of samenvoeging met een ander bedrijf telt niet als beëindiging van de onderneming. In de categorie landbouw worden naast de primaire bedrijven van boeren ook loonwerkers en dienstverlening voor de landbouw gerekend.