RundveeNieuws

Eerste mais bevat meer dan 1.000 VEM

Wageningen – De eerste snijmaiskuilen bevatten gemiddeld 1.005 VEM per kilo droge stof.

Dat is het hoogste niveau dat ooit gehaald is. Dat blijkt uit analyse van de eerste 1.400 monsters van de snijmaiskuilen van dit jaar, uitgevoerd door BLGG AgroXpertus in Wageningen.

Het gemiddelde drogestofpercentage ligt tot nu toe op 35,6 procent. Dat is binnen het streefniveau van 33 tot 38 procent droge stof, dat veel veehouders hanteren. Het zetmeelgehalte ligt op 382 gram per kilo droge stof. Dat is 20 gram hoger dan het gemiddelde over de laatste vijf jaar. Het hogere zetmeelgehalte is volgens BLGG AgroXpertus opmerkelijk, omdat het gepresenteerde gemiddelde er een is van de eerste kuilen. De kuilen die later bemonsterd worden, en veelal ook later geoogst zijn, hebben vaak een hoger zetmeelgehalte dan de vroegere kuilen. Mede door het hogere zetmeelgehalte is ook de verteerbaarheid van de organische stof iets hoger. Dat komt uit op 77,7 procent; een procentje hoger dan gemiddeld.

Het ruweiwitgehalte is met 69 gram per kilo droge stof vergelijkbaar met het resultaat van andere jaren.

Een andere opmerkelijk feit is dat het fosforgehalte van de eerste kuilen op 2,1 gram per kilo droge stof uitkomt. Dat is iets hoger dan gemiddeld terwijl de oogstopbrengst hoog is. BLGG AgroXpertus verklaart de hogere fosforwaarden uit het uitzonderlijk goede groeiseizoen. Door de hoge temperaturen en goede vochtvoorziening was de mineralisatie dit jaar optimaal. Zo was er door het seizoen heen veel stikstof en fosfaat uit de bodem beschikbaar voor de plant. Dit heeft geleid tot de goede opbrengsten én kwaliteit zowel bij mais als graskuilen.

Beheer
WP Admin