AkkerbouwAchtergrond

Gelukt! 1.700 kilo zaad gesmokkeld

Het smokkelen van zaaizaad naar Afghanistan is een aangelegenheid die veel smeergeld vraagt. Maar er zijn nu wat groene plekken op de kale bergen.

Ik begon al te denken dat ik overmoedig was geweest om 1.700 kilo zaad met behulp van vrienden en bekenden van Noord-Kazachstan naar Afghanistan te smokkelen. Maar het is net op tijd gelukt, al heeft het wel zes maanden tijd gekost. Gelukkig regent het goed, dus het is niet voor niets geweest: alles is al gezaaid en begint voorzichtig te groeien.

Anti-corruptiedienst

Zoals ik in de eerdere blog schreef, had ik het zaad in de stromende regen met een oud Volkswagenbusje vervoerd van de grens tot aan het Bishkek-kantoor van de organisatie waarvoor het bestemd was in Afghanistan. Na twee maanden wachten tot het met Zweeds geld ondersteunde project de 500 kg ‘sanfoin’ hadden geleverd, ging het op een vrachtwagentje naar een voorlichtingsdienst aan de grens met Tadzjikistan. Het was nog niet weg of de Kirgizische anti-corruptiedienst kwam langs met de vraag waar het gesmokkelde zaad was. Had die politieman die de vrachtwagen had aangehouden toch nog mooi even de naam opgeschreven van de organisatie in Afghanistan op het papier, twee maanden later komt er dan een team om te kijken of er nog wat te halen was bij de Kirgizische afdeling. De buitenlandse baas van het kantoor had het Spaans benauwd, maar haar staf wist precies wat te zeggen: ‘wij weten van niets en hebben geen zaad gezien’. Dat klopt, het zat in zakken. En zo liep alles met een sisser af.

Pas naar Tadzjikistan gesloten

Van Kyrgyzstan naar Tadzjikistan was het vrij gemakkelijk: de grens is lang en open en ach, een bestelwagentje rijdt er zo de grens over. Helaas was de pas naar Zuid-Tadzjikistan nog dicht en moest de vrachtwagen twee weken wachten. Het Afghaanse contact in Dushanbe vroeg om redelijk veel geld om het naar Kabul te vervoeren en de grens over te krijgen: hij gaf me de keus van de officiële weg of de wat duurdere weg ‘met assistentie’. De laatste dus maar. En zo kwam het zaad dan toch nog net op tijd aan om gezaaid te worden in de bergen: een mengsel van gras, droogteresistente luzerne en ‘sanfoin’ met daaromheen een haag van Bert’s saffloer. De eerste foto’s zijn hoopvol, maar… als ik zo naar die korsten op de grond kijk, krijg ik het benauwd hoeveel van de regen daadwerkelijk de grond in trekt en hoeveel er afstroomt. Maar goed, het regent nog steeds, dus we houden goede moed!

Olifanten in burka

Ik was in Bangkok toen ik hoorde dat het zaad aangekomen was. Ik had daar net gelezen dat de olifanten van de straat moeten, dus ik schreef balorig aan iedereen die geholpen had, dat nu we wisten hoe het moest, we twee babyolifantjes zouden gaan vervoeren: overland van Thailand via China, Kyrgyzstan, Tadzjikistan naar Afghanistan, voor de dierentuin in Kabul. Voor het laatste stukje stelde ik voor de olifanten in burka te steken en onder begeleiding van twee Afghaanse mannen als hun ‘echtgenoten’ de grens over te laten lopen. Niemand durft onder een burka te kijken, dus dat zou wel goed komen. Misschien zou de douane zeggen: ‘wat een dikke vrouwen hebben die kerels!’ Een Afghaan vertelde dat hij geen paspoort had en vroeg of ik hem daarbij kon helpen om dat te krijgen. De tweede was wat slimmer en grapte dat Afghanen van dikke vrouwen houden dus dat de olifanten vast nagefloten zouden worden!
Ik doe het nóóit meer: de grap heeft $4.000 voor het zaad gekost en $1.000 voor transport, papieren en ‘assistentie’. Maar: er zijn nu wat groene plekken op de kale bergen! Gewoon blijven geloven dat het kan, als je maar wilt. Misschien toch maar echt twee olifantjes kopen in Bangkok en naar Afghanistan te wandelen? Vrijwilligers om een stukje mee te lopen kunnen zich vanaf vandaag bij Boerderij melden.

Foto’s: Anton van Engelen

Beheer
WP Admin