Aardappelteelt in Hongarije

Telen op vlakke percelen die ook nog eens het hoogste aantal bodempunten in de streek hebben. We zagen al snel dat de aardappelteelt hier perfect mogelijk is.

Zodra je hier in de heuvels komt, krijg je te maken met bodempunten van 7 tot 13 gouden kroon (gouden kroon is in Hongarije de benaming voor een bodempunt). Een aardappelteelt op West-Europese wijze kun je dan vergeten.
Wij boeren op vlak land met 24 tot 39 bodempunten, het hoogst in de regio. Ondanks die goede geschiktheid duurde het toch nog 2 jaar vooraleer aardappelen in het bouwplan kwamen. En geloof me, ik mag dan een doorgewinterde Oost-Vlaamse aardappelteler zijn in de derde generatie, in Hongarije is aardappelen telen toch nog iets anders. Zeker 3 jaar Hongaarse teeltervaring is nodig voor er sprake mag zijn van areaalgroei. Je moet eerst leergeld betalen. Hier in het groot beginnen in de aardappelteelt en zonder Hongaarse kennis van zowel teelt als markt, is op voorhand een verloren zaak.

In 2007 beddenteelt, in 2008 semi-beddenteelt

Aangezien we niet kunnen en ook niet willen beregenen, brengt beddenteelt soelaas. In 2007 freesden we op volle bedden aan. Voor de betere waterhoudbaarheid van de ondergrond is deze techniek prima. De aardappelplant krijgt een wortel van ongeveer 0,75 millimeter dik. Deze gaat loodrecht de grond in tot wel 40 centimeter onder het bovenste van de rug, de aardappelen hangen in trapezevorm aan de wortel.

In 2007 hadden we zowel bij de Cleopatra’s als Désirée’s 13 tot 14 aardappelen per plant, dus dat was eigenlijk al geslaagd. Minder succesvol waren twee andere zaken. We hadden met 37 centimeter tussenafstand geplant met een rijenafstand van 75 centimeter. Die rijenafstand was oké, maar die 37 centimeter tussenafstand bleek te groot. Daarom hebben we dit jaar op 28 tot 32 centimeter geplant.

Veranderd in beton

Het tweede dat fout ging was het opdrogen van de kleigrond. Die was bij het aanaarden nog zeer vers en kleverig (in de winter van 2006-’07 was er ook in Hongarije geen vorst), en is droogde op als een betonblok. Langs de zijkant van het bed konden de aardappelen zich wel ontwikkelen, binnenin het bed zaten ze ingemetseld. Dat kwam de groei bepaald niet ten goede.
Uiteindelijk resulteerde het in een grofheid 50-65. Dat is niet slecht, maar kan beter. Daarom hebben we dit jaar de twee balkprofielen teruggeplaatst. We hebben echter het slijtstuk op de kop geplaatst en onderaan alles weggeslepen. Zo hebben we een 20 centimeter hoog profiel ontwikkeld dat perfect zijn vorm heeft behouden.

Daar waar de aardappelen zitten is het een gewone rug. Die is optimaal en bemoeilijkt de ontwikkeling van de aardappelen niet. Het binnenste (tussen twee ruggen) is nu voor een deel gevuld met losgefreesde grond. Daarmee beschermen we enerzijds de wortel tegen droogte, anderzijds is deze losse grond een soort spons die makkelijk water opneemt bij regen om het later aan de wortel af te geven.
De eerste hevige regenbuien hebben we al gehad. Ze gaven het beloofde effect. We denken dus dat we op de goede weg zijn.

Foto: Patrick Feliers / Szolt & Norbert Maté