Maisbestellingen blijven achter

Doetinchem – De bestellingen van maiszaad lopen achter bij andere jaren. Dat melden verschillende maiszaadkwekers en -leveranciers. Normaal is rond 85 procent van de bestellingen rond half maart wel geplaatst, maar dit jaar zit het op ruwweg 70 procent.

De achterblijvende vraag is niet goed te verklaren. Mogelijk krimpt het areaal iets als gevolg van aangescherpte derogatieregels van vorig jaar. Verder is op veel bedrijven nog niet helder hoe de invulling van het GLB uitpakt, met name over het al dan niet moeten telen van een derde gewas. Een andere reden om het plaatsen van de bestelling uit te stellen, kan de onduidelijkheid over de melkveewet zijn. Die zou 1 maart klaar zijn, maar is uitgesteld.

Voor de leveranciers betekent de vertraagde markt dat het logistiek steeds lastiger wordt om straks alle maiszaad op tijd op de juiste plek te krijgen. Belangrijker is nog dat veehouders zich moeten realiseren dat de riante ruwvoerpositie zo maar eens zou kunnen verdwijnen. Ten eerste is het verschil in opbrengst tussen gras en mais zomaar 5 ton droge stof. Door de muizenschade is er zo’n 70.000 hectare die de eerste snede mist en wellicht ook een deel van de tweede snede. En er staat een kwart meer vaarzen dan normaal klaar om aan de melk te komen, en die moeten gevoerd worden.

In de markt zeggen klanten aan handelaren dat ze de mais wel aankopen. Bij een verschil van 5 ton droge stof tussen gras en mais is het verse verschil 15 ton vers product. Bij een prijs van €60 per ton mais praat je al snel over €750 per hectare om dezelfde ruwvoerpositie te houden. Belangrijker is of die mais wel te koop zal zijn tegen dat bedrag. Wat niet gezaaid is, kan in de herfst niet verkocht worden, zo redenen de maiszaadleveranciers.