Bedrijfsopvolgingsfaciliteit

De bedrijfsopvolgingsfaciliteit in de erf- en schenkbelasting mocht wel wat soberder vond onze staatssecretaris Wiebes vorige week. De uitspraken leidden tot veel onrust en protest. Sommige ondernemers wilden zelfs de bedrijfsovername gaan versnellen om toch nog gebruik te maken van de huidige ruime vrijstelling.

LTO, VNO-NCW en MKB-Nederland toonden zich ‘verbijsterd’ over de ‘proefballon’ van de staatssecretaris. Ook zijn eigen VVD zag het plan niet zitten. Tweede Kamerlid Helma Neppérus liet woensdag aan persbureau ANP weten dat zij ‘niet zit te wachten’ op deze maatregel. “Ondernemers vormen de ruggengraat van de economie.” Inmiddels komt Financiën, het ministerie van Wiebes, op het voornemen terug. Er blijken nu ‘geen voornemens te zijn om de bedrijfsopvolgingsregeling in deze kabinetsperiode aan te passen’. Het kabinet gaat wel door met het voorbereiden van de belastingherziening ‘die gepaard zal gaan met belastingverlaging voor burgers en bedrijven’. De kans dat het afschaffen van de vrijstelling in een later stadium nog op tafel komt, lijkt, gezien de reacties vanuit de achterban van de VVD, misschien niet erg groot. Maar ik ben daar toch niet zo zeker van. Ondernemingsvermogen wordt voor de erf- en schenkbelasting heel erg bevoordeeld in vergelijking met privé-vermogen. Dat het verschil in behandeling gigantisch is, blijkt zonneklaar uit het volgende eenvoudige voorbeeld: een opvolgende neef of nicht betaalt over een miljoen geschonken bedrijfsvermogen geen cent schenkbelasting. Bestaat de schenking echter uit spaargeld van oom of tante dan incasseert de Staat maar liefst € 387.344.

De bedrijfsopvolgingsfaciliteit helemaal afschaffen zie ik echter niet gebeuren. Onze Nederlandse overheid moet namelijk van ‘Brussel’ bedrijfsoverdrachten niet onmogelijk maken door fiscale belemmeringen op te werpen. Helemaal afschaffen mag dus vanuit Europa niet. En dat is goed nieuws vooral voor de agrarische sector. Voor zover de faciliteit betrekking heeft op het verschil tussen de vrije verkoopwaarde en de waarde ‘going concern’ van het bedrijf is de regeling noodzakelijk voor bedrijfsoverdrachten. Naar mijn mening is afschaffen dan ook niet aan de orde voor dat deel van de regeling. En juist dat deel van de regeling is voor de agrarische sector met zijn lage rentabiliteit van heel erg groot belang.