Wetenschappers: gebruik Aerius niet voor vergunningverlening
Stikstofrekentool Aerius is als instrument te onzeker om te gebruiken voor het verlenen van vergunningen. Ook moet het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) zich binnen het stikstofdossier onafhankelijker van de overheid opstellen. Dat blijkt uit een wetenschappelijke audit van het Centrum Milieukwaliteit (MIL), onderdeel van datzelfde RIVM.
De audit is uitgevoerd door een externe commissie van hoogleraren en onderzoekers die de wetenschappelijke kwaliteit van het MIL in opdracht van het RIVM moest toetsen.
De commissie geeft aan dat het Centrum Milieukwaliteit duidelijk en consistent moet zijn over welke methoden voor welk doel geschikt zijn. Daarbij wordt rekentool Aerius – waar al lange tijd veel kritiek op is – expliciet genoemd als instrument dat je niet moet gebruiken. Grenzen in laagste normen met betrekking tot stikstofdeposities of -concentraties moeten ook actiever en beter worden gecommuniceerd.
Daarnaast moet het MIL verantwoordelijkheid nemen om misbruik van modellen en gegevens buiten deze grenzen te voorkomen. Ook waarschuwt de commissie het MIL ervoor om niet betrokken te raken bij uitvoerende taken. De focus moet liggen op meten, modelleren, interpretatie, rapportage en beleidsadvisering. Opmerking daarbij: het RIVM (en daarmee MIL) is uiteraard sterk gelinkt aan Aerius, maar is niet gelinkt aan het daaropvolgende vergunningentraject.
Communicatie moet beter
De commissie merkt verder op dat ministeries, provincies, gemeenten en andere belanghebbenden over het algemeen vrij positief zijn over het werk van het MIL en de tijdigheid ervan. De informatie wordt als zeer relevant gezien. Tegelijkertijd is er kritiek op de manier waarop resultaten en onzekerheden in modeluitkomsten naar buiten worden gebracht. Datzelfde geldt voor de wijze waarop het MIL openstaat voor andere benaderingen. De commissie is blij dat het MIL transparanter wil zijn, ook over onzekerheden, maar stelt wel dat daar nog een flinke slag is te slaan. Makkelijk is dat volgens de commissie niet. In omstreden beleidssituaties leidt meer transparantie niet automatisch tot meer vertrouwen bij het (boeren-)publiek.
De stikstofopgave is vorig najaar groter geworden door de actualisering van rekentool Aerius. Ondanks een lagere bijdrage van de landbouw. De verlaging van de kritische depositiewaarde (KDW) was hier indertijd debet aan. In het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB staat dat de KDW ‘uit de wet gaat en vervangen wordt door een houdbaar alternatief’. Hoe dit moet gebeuren en of dit haalbaar is, is nog de vraag.
Zelf gecreëerde Kafkaëske waanzin, gemanipuleerd in de basis door groene extremisten. Waarom dit zo is gebeurd? Omdat men natuurlijk dacht dat dit alleen de boeren zou treffen. Hoog tijd voor gezond verstand in de wet. Nu als de sodemieter graven naar de KRW basis: door wie en hoe zijn de waternormen stikstof en fosfaat die echt niet in de Europese richtlijn staan, maar zelf zijn bedacht door dezelfde categorie, en die ons tot het meest vervuilde land van Europa benoemen, eigenlijk bepaald? Klopt het wel? Waarop gebaseerd? Waarom alleen de landbouw aanpakken?
Europa zegt niets over stikstof ook de uitspraak in de rechtzaak die Johan Vollenbroek had aangespannen in 2019 zegt de rechter niets over stikstof. We zijn zelf met deze grootst mogelijke onzin begonnen. Het gaat over de instandhouding van de natuur en niet over specifiek stikstof. Stikstof is meer iets voor fundamentalistische linkse ecologen.
Waarom heeft de overheid zich bewust zichzelf in de voet geschoten? Als je bv grondwater moet meten, kun je ondiep en diep meten. Andere europese landen meten waar dat het het gunstigste is. Nederland juist niet. En zo zijn er meer voorbeelden. Was dat om de boeren aan te pakken? En nu zit het hele land in problemen.