Van de wind

“De molen draait niet met de wind die voorbij is.” Dit onbekende spreekwoord geldt zeker voor de groep boeren die al meer dan twintig jaar bezig is met de voorbereidingen voor een windmolenpark langs de Noordermeerdijk in de Noordoostpolder.

Ik heb bewondering voor hun doorzettingsvermogen. Vergunningsgedoe en rechtszaken hebben de hele boel behoorlijk vertraagd. De samenleving wil toch hernieuwbare energie? Windboeren en zonneboeren kunnen dat leveren. Waarom doen anderen dan zo moeilijk? Deze week ging eindelijk de eerste heipaal de grond in voor de aanleg van het grootste windmolenpark van Nederland. Op het land worden daar 26 molens gebouwd. Voor elke molen zijn 66 heipalen nodig, met een lengte van 25 tot 30 meter. Zes palen per dag betekent ongeveer 10 dagen per molen. De verwachting is dat ergens halverwege 2014 de eerste molen ook daadwerkelijk draait en stroom levert.

Ondertussen houdt Waterschap Zuiderzeeland de komende weken scherp in de gaten of er bij het heien voor de windmolens geen scheuren in de dijken ontstaan. Het waterschap controleert op trillingen en op de hoeveelheid kwelwater die omhoog komt. Bij proefheien bleef de meetwaarde ver onder de grens die als gevaarlijk is gesteld. Mocht de grens wel worden overschreden, dan worden de werkzaamheden ter plekke gestaakt om de grond tot rust te laten komen. Inderdaad, de dijken zijn heilig, want veiligheid gaat voor alles!

“Alle winden hebben hun weerwinden” zegt een ander spreekwoord. Daar verwacht ik dan wel wat van, want de cijfers van het UWV zeggen dat het aantal werklozen in de gemeente Noordoostpoolder met 58 procent is gestegen. Misschien kan de windinstructie nog voor wat banen zorgen.

Of moeten we bang zijn voor het wel bekende spreekwoord: “Men kan van de wind niet leven”…