AlgemeenOpinie

Vakmanschap

Natuurlijk is er bij mij de verleiding om over de halve cent van FrieslandCampina en de honderd euro van LTO, beide in relatie met weiden, te schrijven. Maar dat nu even niet; op een later moment kom ik terug op deze weinig visionaire plannen.

Mijn komende drie columns zullen gaan over de vaardigheden van boeren en welke verbeteringen voor elke competentie sectoraal het meeste geld kunnen genereren. Elke boer heeft kwaliteiten, vaardigheden of competenties, het maakt niet uit hoe je het noemt. Echter niet elke boer weet waar hij/zij goed in is. Een studiegroep kan daar bij helpen, maar het constateren van een verbeterpunt is van een andere orde dan er ook wat aan doen.

Grofweg kun je de competenties van een boer in drie niveaus verdelen, zijnde vakmanschap, management en ondernemersvaardigheden. Deze bijdrage zal gaan over het vakmanschap. Elke boer heeft deze in meer of mindere mate. Of het nu gaat over melken, klauwbekappen, aandacht voor huisvesting, graskwaliteit, onderhoud van en omgang met machines enz., het maakt niet uit wat. Als je maar weet hoe goed je er in bent, wat er nog bijgeschoold kan worden of wat je zou moeten uitbesteden.

En wanneer je de lijst vakvaardigheden kritisch langs loopt, krijg je een verbeterlijst waarmee je aan de slag kunt. Kijk tot zover gaan alle accountants ook. Zij doen een analyse en volgend jaar weer en weer en zo kabbelt de tijd verder. Een verbeteractie tot blijvend succes te ontwikkelen vergt meer. Hier ligt ook het echte onderscheid tussen adviseurs, maar ook tussen boeren. In hoe verre kunnen ze zelfreflectie uitvoeren en plan de campagne realiseren.

De top drie van aandachtsvelden voor de boer als vakman zijn volgens mij: conserveren van ruwvoer, kalveropfok en klauwgezondheid. Met deze genoemde zaken kunnen we in de sector veel geld verdienen, gewoon door ze beter uit te voeren. Bij vakmanschap is het oog van de meester belangrijk.

Beheer
WP Admin