Toch vergunning voor Zuid-Hollandse geitenhouder; bezwaar buur afgewezen

Een geitenbedrijf in het Zuid-Hollandse Zevenhuizen krijgt toch een omgevingsvergunning voor uitbreiding. De Raad van State zette deze week een streep door de bezwaarprocedure die een buurvrouw had aangespannen.

De buurvrouw woont op zo’n 50 meter afstand van het geitenbedrijf en vreest dat de uitbreiding slecht zal zijn voor haar gezondheid. Het geitenbedrijf vroeg in 2019 een omgevingsvergunning aan voor de uitbreidingsplannen. De buur maakte toen bezwaar en haalde daarbij onder andere de VGO-studies aan. Volgens deze studies hebben mensen die dicht in de buurt van een geitenbedrijf wonen een verhoogd risico op longontsteking. Het is onbekend waar dit door komt.

Raad van State draait eerdere uitspraak terug

In eerste instantie oordeelde de rechtbank Noord-Nederland dat deze bezwaren terecht zijn. Nu oordeelt de Raad van State, de hoogste bestuursrechter, anders. De Raad van State vernietigt de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. Daarmee resteert het oorspronkelijke besluit van de gemeente Westerkwartier om de vergunning te verlenen.

De Raad van State oordeelt dat er weliswaar een verhoogde kans op longontstekingen is bij mensen die in de buurt van een geitenbedrijf wonen, maar dat niet duidelijk is wat hiervan de oorzaak is. Aangezien er geen causaal verband is gevonden, is er niet voldoende reden om de vergunningaanvraag te weigeren. “De VGO-rapporten bevatten geen algemeen aanvaarde wetenschappelijke inzichten over de oorzaak van gezondheidsrisico’s bij omwonenden van geitenhouderijen”, aldus de Raad van State in de uitspraak.

Beperkte uitbreiding en lage veedichtheid

De gemeente die de vergunning in eerste instantie verleende, nam mee dat sprake is van een relatief kleine uitbreiding met 190 geiten in een gebied met een lage veedichtheid. Er zitten geen andere geitenhouderijen in de buurt en de achtergrondconcentraties van fijnstof in het gebied zijn relatief laag.

Q-koortsrisico voldoende afgedekt

De uitspraak gaat ook in op Q-koortsrisico. De gemeente stelt in reactie op het bezwaar van de buur dat de kans klein is dat omwonenden Q-koorts krijgen door de landelijke maatregelen hiertegen. Hieronder valt de verplichte vaccinatie tegen Q-koorts. NVWA handhaaft hier op. De Raad van State vindt dit afdoende om te concluderen dat geen extra stappen in de vergunningprocedure nodig zijn.