PPE-bestuur voor continuering praktijkonderzoek

Zoetermeer – Tijdens de allerlaatste bestuursvergadering van het PPE, voordat het de afbouwfase ingaat per 2014, heeft het bestuur besloten voor continuering van het praktijkonderzoek.

Dit verzoek werd ter vergadering ingebracht door LTO/NOP-voorzitter Eric Hubers. Besloten is om ook in 2014 heffingen mogelijk te maken. Met dien verstande dat de komende dagen een schriftelijke onderbouwing moet volgen welke onderzoeksvoorstellen worden uitgewerkt. Hubers: “De concrete invulling bepaalt het feitelijke percentage ten opzichte van 2013 en dus de heffing.”

De LTO/NOP voorzitter is blij met het behaalde resultaat, vanwege het grote belang van goed onderzoek voor de sector. “Ik ben onder de indruk van de overige bestuursleden in het Productschap dat zij mijn besef delen hoe belangrijk continuïteit van het onderzoek naar bijvoorbeeld bloedluis in de legsector en antibioticareductie in de vleeskuikensector is”, aldus Hubers.

Eerder dit jaar besloot het Productschap nog om niet te heffen voor praktijkonderzoek in 2014. Dit om aan het ministerie van Economische Zaken te laten zien hoe belangrijk de rol van het Productschap is in toegepast onderzoek en om het ministerie onder druk te zetten door het onderzoek uit handen te laten vallen. Nu het ministerie niet vatbaar blijkt voor deze druk, was het zaak om één en ander te repareren. Of zoals PPPE voorzitter Bart Jan Krouwel verwoordde: “Het feit dat het ministerie zich misdraagt is voor ons geen reden om alles overboord te gooien.”

Hubers: “Laat er geen misverstand over bestaan, als het Productschap niet in een afbouwfase was verordonneerd door de overheid, hadden we het onderzoek sowieso doorgezet en de bijbehorende heffingen zonder discussie ook opgelegd.”

Alleen de vertegenwoordiging van de NVP kon geen volmondig ‘ja’ zeggen op continuering van het onderzoek. “Het principe van onderzoek, daar zie ik het nut wel van in, maar ik heb geen mandaat om groen licht te geven”, aldus Jan Brok. De definitieve beslissing over de onderzoeken en de financieringsbehoefte wordt bij meerderheid genomen, zo spoedig mogelijk. Heffingen worden vervolgens algemeen bindend verklaard.