Mestbeleid en wensdenken

Demissionair of niet, staatssecretaris Bleker is er toch nog in geslaagd voor de zomer met een aangepaste mestwet te komen. De veehouderij zit met smart te wachten op heldere randvoorwaarden voor verdere ontwikkeling, na het wegvallen van de dier- en productiequota in 2015.

Veehouders moeten flink aan de bak. Volgens het ministerie moeten mogelijk 24.000 veehouders mest afvoeren en verwerken. In het Zuiden moeten zij in 2015 de helft van hun overschotmest verwerken. Dat is drastisch en vergt enorme investeringen.

LTO, nauw betrokken bij de totstandkoming van dit beleid, spreekt van een doorbraak in de al 25 jaar slepende mestproblematiek. Dat is het zeker. Er is wel een hele grote maar… Die mestverwerking is er nog niet. De techniek is nog beperkt, de ontwikkeling van een goede afzetmarkt voor de restproducten is mede afhankelijk van (Brussels) beleid en vooral: de installaties staan er nog niet.

In korte tijd moet er een enorme infrastructuur van de grond komen voor verwerking en afzet van de overtollige mest. Het is zeer de vraag of dit kan, al was het alleen maar omdat lokale overheden vaak niet staan te springen om vergunningen af te geven voor mestverwerkers. Het plan is mooi, maar niet vrij van wensdenken. En lukt het allemaal niet, dan duikt toch het spook van de gedwongen krimp van de veestapel weer op.