Geld voor leefbaar platteland uit stikstoffonds

Het transitiefonds (€ 24,3 miljard) is bedoeld voor de vermindering van de stikstoflast in kwetsbare Natura 2000-gebieden, de klimaatdoelen voor de landbouw, de verbetering van de natuur en de verbetering het watersysteem. Het vijfde doel is de verduurzaming van de landbouw.

Sociale cohesie

In een wetswijziging wordt de verduurzaming van de landbouw nader uitgelegd als ‘ecologische, economische en sociale verduurzaming van de landbouw’. Met deze toevoeging kan het transitiefonds ook worden ingezet voor maatregelen die gericht zijn op de sociale cohesie in gebieden waar bij voorbeeld veel piekbelasters worden uitgekocht. Het biedt ook mogelijkheden om geld uit te trekken voor afspraken uit het Landbouwakkoord.

De wetswijziging is ingediend door ChristenUnie-Kamerlid Pieter Grinwis, samen met de andere coalitiepartijen en SGP en SP. Daarmee heeft het voorstel een meerderheid in de Tweede Kamer. BBB wil met een wijzigingsvoorstel ervoor zorgen dat tenminste € 10 miljard uit het fonds gereserveerd wordt voor blijvers. Van der Plas stelt ook voor dat niet alleen de minister voor Natuur en Stikstof, maar ook de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit het beheer krijgt over het fonds.

Debat over € 24 miljard

De Tweede Kamer trok woensdag de gehele dag uit voor een debat over het wetsvoorstel, waarmee het fonds wordt ingesteld waarin de € 24,3 miljard kan worden gestald. Hoe dat geld precies wordt besteed, is op dit moment nog niet duidelijk.

Partijen aan de linkerkant (GroenLinks, PvdA, Partij voor de Dieren) lijken de wet niet te gaan steunen, zo bleek woensdag. Die partijen vinden dat de wet te weinig garanties biedt dat het fonds ook daadwerkelijk leidt tot een verbetering van de staat van de natuur. SP en de Partij voor de Dieren willen dat in de wet wordt opgenomen dat ketenpartijen eraan gaan bijdragen via een heffing.

Onder vuur

Tijdens het debat kwamen vooral coalitiepartijen CDA, VVD en D66 onder vuur van de oppositie over de vraag of ze nu vinden of 2030 of 2035 het einddoel moet zijn voor de vermindering van de stikstoflast in 74% van de kwetsbare natuurgebieden tot onder de kritische depositiewaarde. De woordvoerders van de coalitiepartijen probeerden zoveel mogelijk weg te blijven van die discussie. Ook D66-woordvoerder Tjeerd de Groot liet zich in een interruptiedebat met onder anderen Caroline van der Plas niet vastpinnen op het jaartal 2030. VVD’er Thom van Campen verweet de oppositie het debat plat te slaan tot een jaartaldiscussie.

De Kamer gaat in de tweede week van mei over de wet stemmen.