‘Huizen bouwen die 100 jaar meekunnen’

Door te kiezen voor de juiste materialen moet een nieuw te bouwen huis 100 jaar meekunnen.

Wij houden ons bezig met bouwen, hoofdzakelijk met het bouwen van stallen. Bouwen is altijd een uitdaging. Op een locatie, meestal ver van huis, is er eerst niets. Meestal een stuk grond, of een oude stal die wordt afgebroken. Als wij klaar zijn staat er een prachtig functioneel gebouw, waar de ondernemer weer minstens 25 jaar mee vooruit kan.

Twee woonhuizen verbouwen

Onze dochter en haar vriend hebben een aantal jaren geleden een oude bungalow in onze straat gekocht. Wij hebben de oude bungalow aan de andere kant van de straat gekocht. Beide huizen zijn meer dan 50 jaar oud en worden afgebroken en vervangen door twee nieuwe, moderne huizen die aan alle nieuwste eisen voldoen. Omdat het kan, heb ik besloten de woonhuizen zo te bouwen, dat de levensduur op 100 jaar kan worden gesteld.

Iedereen waartegen ik dit zeg, kijkt me verwonderd aan. De meesten reageren zo van ‘waar maak jij je druk om, je woont er zelf nog hooguit 35 jaar’. Dat weet ik natuurlijk ook wel, maar het gaat mij om de uitdaging. Eerst om het goed te bouwen, en dan om goede gebouwen aan de volgende generatie te kunnen doorgeven.

Nu is een honderdjarige levensduur niet zo moeilijk als het lijkt. Het bouwbesluit stelt al hoge eisen aan gebouwen, we moeten alles gewoon een beetje beter maken. Beide huizen zijn volledig onderkelderd. We beginnen 3 meter onder de grond. Daar leggen we 16 centimeter PIR-isolatieplaten op de grond. Daarop komt het gehele gebouw te staan. Om te zorgen dat de kelder nooit kan scheuren, is goed grondonderzoek en een goede constructieberekening gemaakt. De vloer wordt 30 centimeter dik en de wanden 35 centimeter. Deze goed geïsoleerde kelder is zeker goed voor 100 jaar. De buitenwanden zijn 42 centimeter dik. De huizen worden volledig geïsoleerd met 16 centimeter PIR-isolatie. Op het dak komen gebakken pannen die van een extra gladde emaillen laag zijn voorzien.

De beste materialen

Door voor de beste materialen te kiezen, gaat het gebouw zeker 100 jaar mee. De arbeidskosten blijven toch gelijk, dus veel duurder wordt het niet. Helaas heb ik nog geen alternatief voor de zinken dakgoten die slechts 50 jaar meegaan. Misschien kies ik daar ook wel voor een grotere zinkdikte, zodat we wel 100 jaar halen. Blijft over: de kozijnen. Daar hebben we lang over nagedacht, maar als we willen dat de huizen er 100 jaar staan, moet rekening worden gehouden met meerdere bewoners die ook hun eigen invloed op het gebouw willen hebben. We hebben dus gekozen voor houten kozijnen, omdat die vaak in een andere kleur kunnen worden geschilderd.

Geen externe energie nodig

We bouwen passieve huizen die geen externe energie nodig hebben. Alle benodigde energie wordt opgewekt door zonnepanelen en een warmtepomp verwarmt alles. We monteren panelen van betrouwbaar fabricaat, maar de levensduur blijft beperkt tot 25 jaar. Maar om de techniek na 25 jaar aan de nieuwste ontwikkelingen aan te passen, lijkt mij geen probleem.