Zuivel in Servië uit de schappen

Belgrado – Op de Balkan is onrust ontstaan over de kwaliteit van melk. De Servische autoriteiten hebben besloten een groot aantal zuivelproducten uit de winkels te halen, omdat ze besmet zouden zijn met het schimmelgif aflatoxine.

In eerste instantie had het Ministerie van landbouw aangegeven dat er niets met de melk aan de hand zou zijn.  Maar de regionale secretaris voor landbouw in Noord-Servië, tevens lid van de oppositie, toonde aan dat minstens twaalf zuivelfabrieken in Servië, Kroatië en Bosnië melk produceerden, waar de concentratie aflatoxine boven het toegestane niveau zat, soms zelfs tot 200 procent.

Daarop deelde Goran Knezevic, de minister van landbouw, mee dat ook zes omringende landen kampen met hetzelfde probleem. Hij zegt geen verdere beroering onder de bevolking te willen tot duidelijk is hoe groot het risico voor de gezondheid is. Omdat de resultaten van de bemonstering niet eenduidig zijn, zijn nu monsters naar Nederland gestuurd voor verdere analyse.

Servië heeft sinds 2003 al 15 miljoen euro uitgegeven aan een nationaal referentielaboratorium voor de controle op residuen en contaminanten in voedsel en diervoeders, maar dit is nog steeds niet klaar.

Volgens de minister is beschimmeld veevoer mogelijk de oorzaak van de hoge concentraties aflatoxine. Door de langdurige droogte van afgelopen jaar is een deel van de maïs door schimmel aangetast. Servische gezondheidsautoriteiten spreken over zeven procent aantasting, sommige experts spreken echter van zeventig procent. De besmette mais wordt sindsdien gebruikt als veevoer. Via die weg zou het gif in de voedselketen zijn beland.