Vraag naar melkveebedrijven neemt af

Nieuwgein – De verkoopbaarheid van aantrekkelijke melkveebedrijven met goede opstallen is redelijk, maar de vraag neemt beduidend af. Dat melden makelaars aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Makelaar (NVM).

Door de achterblijvende vraag naar melkveebedrijven kiezen melkveehouders die overwegen te stoppen steeds vaker om kleinschalig door te gaan in plaats van boerderij met opstallen te koop te zetten. Veelal verkopen of verpachten zij een deel van de grond en zetten hun bedrijf vervolgens in afgeslankte vorm door of geven het een alternatieve functie.

Met name complete melkveebedrijven worden minder snel verkocht. Volgens de NVM is de afname in vraag voor een deel het gevolg van minder gedwongen verplaatsingen.

In Nederland bevonden zich in 2011 ruim 19.000 melkveehouderijen, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Begin juli van dit jaar hadden agrarische NVM-makelaars 95 melkveehouderijen te koop staan. Het totale beschikbare aanbod bestond uit circa 170 bedrijven. De meeste bedrijven die te koop staan bevinden zich in de noordelijke een oostelijke provincies. Dit jaar werd een melkveebedrijf gemiddeld binnen een jaar verkocht.

Het aantal melkveebedrijven dat elk jaar nieuw in aanbod komt was in 2008 en 2009 toenemende. In 2010 en 2011 was er een neergaande trend te zien in het aantal aanmeldingen. Afgaande op het aantal aanmeldingen in het eerste half jaar van 2012 lijkt dit aantal zich dit jaar te stabiliseren.

De melkveebedrijven die nu worden aangeboden, zijn met name afkomstig van stoppende boeren. Het gaat om boeren op leeftijd die geen opvolger hebben. NVM-makelaars geven aan dat melkveehouderijen met minder dan 80 koeien en minder dan 40 hectare grond moeilijk hun hoofd boven water kunnen houden.