In het Belgische Walshoutem vinden we op een perceel in een glooiend landschap een nieuwe Valtra. Het gaat om de nieuwe Q-serie, met daarin nu een traploze ML260 zónder trekkrachtonderbreking. We proberen hem uit voor een kipper en grondbewerkingsmachines. -Foto's: Jacco van Erkelens MechanisatieNieuws

Boerderij-trekkertest: nu écht traploze Valtra

Valtra bouwt de nieuwe Q-serie op uit bekende componenten. Wel is er een ‘nieuwe’ transmissie: een cvt zonder trekkrachtonderbreking. Een proefrit met de traploze Valtra.

Valtra brengt met de nieuwe Q-serie een trekker op de markt om het gat tussen de lichtere T- en zwaardere S-serie te vullen. De Q-serie bestaat uit vijf modellen: de Q225, Q245, Q265, Q285 en het topmodel Q305. De modeltypes staan voor het maximale vermogen, exclusief boost. Het topmodel heeft geen vermogensboost, de andere modellen krijgen grofweg 20 pk erbij wanneer nodig. De snelle rekenaar ziet hier dat het maximale vermogen van de Q285 met boost en de Q305 op hetzelfde neerkomt. Waarom dan nog een Q305? Valtra doet dit bewust, omdat de boost pas actief is bij een rijsnelheid hoger dan 1 km/u. Heb je stationair werk wat flink vermogen vraagt, zoals een sleepslangpomp of een houthakselaar, dan zou je de benodigde boost niet krijgen bij de Q285. Met zijn grotere broer kun je tóch die 305 pk inzetten.

Traploze Valtra met twee groepen

De transmissie in de bekende N- en T-series die Valtra ‘traploos’ noemt, is in feite een volledig geautomatiseerde powershiftbak die bestaat uit vier groepen. Ofwel: in het hele snelheidsbereik schakelt de transmissie driemaal met een duidelijke trekkrachtonderbreking.
Bijzonder aan deze nieuwe Q-serie, is dat Valtra nu een écht traploze transmissie monteert. Geen trekkrachtonderbreking meer, maar in plaats daarvan een veldgroep (0-28 km/u) en weggroep (0-53 km/u) waartussen je handmatig schakelt. Wisselen van groep kan rijdend: de software zorgt voor schakeling op het juiste moment. Voor de kenner: het gaat om de Agco ML 260-transmissie die je ook vindt in de op één-na-laatste 900-generatie van Fendt.
De krachtbron is een 7,4 liter Agco Power-zescilinder motor. En verder deelt de trekker de achteras met dezelfde Fendt-serie en de 8S-serie van Massey Ferguson.

Gepimpte T-serie cabine

De cabine lijkt van buiten in verhouding wat klein. Zit je eenmaal in de luxe stoel, dan is dit zeker niet het geval. De trekker deelt de cabine met de kleinere T-serie. Wel zijn er een aantal aanpassingen gedaan. Zo zijn de traptreden naar de cabine toe van aluminium. In het verleden hield de verf op de stalen traptreden het niet lang vol. Om dat op te lossen plaatst de Finse fabrikant lichtgrijze aluminium traptreden. Naast dat dit er fraai uit ziet, helpt het je ook om in het donker makkelijk de treden te vinden.
De cabine-indeling en bediening is gelijk aan de andere modellen, en voelt daarmee vertrouwd. Een Valtra-rijder stapt dus zo in, en hoeft niet te zoeken naar functies. De Finse trekkerfabrikant gaf de cabine wel nieuwe led dagrijverlichting-lampen. Die zijn aan de voorkant van de cabine in de dakrand geïntegreerd. Aan de achterkant heeft de Q-serie extra knipperlichten op zijn Amerikaans in de dakrand zitten. Voor het verkeer is het zo beter te zien waar de trekker heen gaat, wat de verkeersveiligheid bevordert.

Zijdelingse cabinevering wat stug

Het comfort van de traploze Valtra is goed en de trekker reageert goed op het rijpedaal en rijhendel. De standaard luchtgeveerde vooras helpt mee aan de prettige rijervaring. Die is alleen leverbaar voor de Valtra-trekkers, en dus niet bij een van de zustermerken. Ook de cabine kun je optioneel laten uitrusten met luchtvering. De trekkers die wij ter beschikking hebben tijdens de proefrit hebben mechanische vering. Die veert in de lengterichting erg goed. Zijdelings is de vering wat stugger, en moet je het vooral hebben van de vering die in de luxe stoel zit. De fabrikant geeft aan dat je bij een luchtgeveerde cabine de vering kunt aanpassen in de SmartTouch-terminal. Toch is dit slechts een detail, en rijdt de trekker gewoon goed.

Automatisch keren op kopakker in aantocht

De automatiek van het Valtra-Guide gps-systeem neemt veel werk uit handen. Tijdens het werk kun je wel instellingen van het gps-systeem aanpassen, maar op de kopakker weet de trekker dan even niet meer wat-ie moet doen. Dan moet je de functies even handmatig overnemen. Begin je aan de volgende gang, dan gaat-ie wel weer verder aan de hand van de gekozen instellingen.

Valtra geeft aan dat het vanaf de serieproductie mogelijk is om de trekker automatisch te laten keren met het zogenaamde SmartTurn. De trekker kan ermee automatisch keren op de kopakker, met verschillende vormen. Een zogenoemde U- K- en Y-draai kunnen gemaakt worden. De letters staan voor de vorm die de trekker maakt tijdens het keren. De U is een volledige bocht, de K- en de Y-bocht vereisen een keer steken. Daarmee word je eigenlijk een passagier in de trekker, en kun je het werk beter controleren.

Prettige terminal oogt soms druk

De trekker heeft de vertrouwde SmartTouch-terminal, die lekker logisch in elkaar zit. Wel duurt het even voor de terminal is opgestart na het starten van de motor. Na het opstarten kom je uit op een pagina met een miniatuur van de trekker. Wil je specifieke instellingen veranderen, bijvoorbeeld van de transmissie, dan kies je het icoontje wat erbij hoort. Dat icoontje is logisch geplaatst op de plaats waar je het zou verwachten. Om alles in de gaten te houden kun je ervoor kiezen om het scherm in vieren te delen en in elk vak een willekeurige parameter te laten zien, zoals de rijsnelheid. We ervaren dit raster als redelijk druk, en zien liever een vergrote weergave. Dat kan, door te dubbeltikken op het gegeven wat je vergroot wil zien.

Traploze Valtra leverbaar vanaf 2023

De serieproductie van de modellen begint naar verwachting in oktober. De Valtra Q225 koop je vanaf bruto € 217.611. Voor de Valtra Q305 betaal je een brutoprijs vanaf € 244.361. De eerste trekkers zullen naar verwachting begin 2023 uitgeleverd worden aan klanten.

Onder de motorkap ligt een 7,4 liter Agco Power-zescilinder. De Q285 en Q305 hebben een grotere oliekoeler dan de drie kleinere modellen.

Het zicht naar achteren is goed. De hefarmen en vanghaken zijn vanuit de trekkerstoel zichtbaar. Dat is anders met de trekhaak, die niet rechtstreeks te zien is. Daarvoor hangt er een spiegeltje aan het achterraam.

De bediening oogt voor de Valtra-kenner bekend. Een bewuste keuze, om verschillen tussen modellen zo klein mogelijk te houden. Ook voor mensen met een andere merkachtergrond went de logische bediening snel. De terminal oogt soms druk, maar rustigere menu’s zijn weer te geven.

Op de trekker staat de cabine van de Valtra T-serie. Enkele dingen zijn veranderd, zoals de trap. De metalen traptreden hebben plaats gemaakt voor aluminium treden. Die blijven langer mooi en zijn in het donker beter te vinden.

In het Belgische Walshoutem vinden we op een perceel in een glooiend landschap een nieuwe Valtra. Het gaat om de nieuwe Q-serie, met daarin nu een traploze ML260 zónder trekkrachtonderbreking. We proberen hem uit voor een kipper en grondbewerkingsmachines.

Beheer
WP Admin