Duitsers kopen 14% meer Nederlands pootgoed

De Duitsers waren in het seizoen 2021-2022 de grootste afnemer van Nederlands pootgoed. Voor het eerst werd de grens van 100.000 ton gepasseerd in de afzet naar de oosterburen. De afgelopen jaren werd al steeds meer uitgangsmateriaal in Duitsland afgeleverd.

In 2020-2021 waren de Belgen nog de belangrijkste klant met een fractie meer dan 100.000 ton. Die hoeveelheid lag vrijwel op het 5-jarig gemiddelde in de export naar België. Afgelopen seizoen daalde de afzet naar de zuiderburen met 9,4% naar 90.611 ton.

Algerije was afgelopen seizoen weer nadrukkelijk aan de markt, nadat de afzet in 2020-2021 duikelde naar 44.375 ton. Van oogst 2021 importeerde Algerije uiteindelijk 86.815 ton en daarmee waren de Algerijnen weer terug in de top van belangrijkste afnemers van Nederlands pootgoed.

Meer pootgoed naar Afrika

De totale afzet naar Afrika steeg afgelopen seizoen met 40% naar 176.930 ton. Ook Egypte deed een flinke duit in het zakje door 50% meer pootgoed af te nemen met in totaal 45.728 ton. Minder pootgoed ging er naar Libië en Marokko.

De export naar Aziatische landen verliep in dat opzicht een stuk moeizamer. Dit werelddeel importeerde 26,5% minder Nederlands pootgoed. De grote afnemers zoals Irak, Syrië, Israël en Saoedi-Arabië kochten allemaal minder pootgoed. Alleen Libanon kocht juist weer iets meer.

De totale Nederlandse pootgoedexport steeg met 0,8% naar 736.403 ton. Deze hoeveelheid is wel 4,1% kleiner dan het gemiddelde in de voorbije vijf jaar.