Willeke Boersma-Jonkman is´deeltijd-boerin´ en werk twee dagen per week als verpleegkundige. “Het scheelt dat ik hier op de boerderij ben opgegroeid. Mijn opa en vader waren hier melkveehouder.” Foto’s: Andrea van Schaik BoerenlevenAchtergrond

Boerin Willeke: ‘Ik ben geen op-en-top boerin, maar help mee’

Boerendochter Willeke Boersma-Jonkman vindt zichzelf geen ‘op en top’ boerin, maar helpt en denkt wel degelijk mee op de melkveehouderij. En ze runt het winkeltje. Nadat ze enige tijd overspannen was, is alles nu weer in balans.

Boerin Willeke loopt graag door de weilanden om te zien hoe het gras er bij staat, of om de paaltjes te verzetten. Koeien halen vindt ze ook erg leuk. “Dat is heel ontspannend, zeker in de zomer. Lekker samen lopen met de hond.” Ze is nogal bescheiden over haar rol op het biologische melkveebedrijf. “Ik zie mezelf niet als een op-en-top-boerin, maar ik help wel mee en denk mee over beslissingen. Het scheelt dat ik hier op de boerderij ben opgegroeid. Mijn opa en vader waren hier melkveehouder. Ik hielp thuis vaak mee, stofzuigen, grasmaaien, dat soort werk, maar niet zozeer op de boerderij. Ik heb één broer, die had geen ambitie om boer te worden en ik ook niet.”

Dat ze tóch boerin is geworden, al is het in deeltijd, is eigenlijk toeval. Ze werd op haar 18e verliefd op Rimmer, die ze ontmoette op een dansfeest. En laat dat nu net een boerenzoon zijn, die wél boer wilde worden. “Bij hem was er geen mogelijkheid om boer te worden, hij deed eerst ook nog ander werk. Maar bij mij thuis kon wel een opvolger aan de slag. We hebben een huis in de buurt gekocht, hebben dat opgeknapt, zijn getrouwd. Zo is Rimmer er op deze boerderij langzaam ingegroeid.”

Woningen geruild

In 2008 verhuisden Willeke en Rimmer naar de boerderij en haar ouders naar hun opgeknapte huis. In 2014 zijn haar ouders definitief gestopt en namen zij en haar man de boerderij over. “We hadden al drie zonen toen we naar de boerderij verhuisden, daar kwam nog een vierde bij. Het was een heel drukke periode. Ik werkte 20 uur per week als chirurgisch verpleegkundige in het ziekenhuis in Heerenveen, met nacht- en weekenddiensten, had vier jongens en daarmee een druk huishouden. Rimmer was er wel altijd, maar had natuurlijk niet steeds zijn handen vrij. Bij hem gaat het werk voor. Het waren tropenjaren, maar we hebben zo’n vijf jaar een gastouder aan huis gehad. Dat was ideaal, anders hadden we het niet gered. En mijn ouders en schoonouders pasten wel eens op.”

Omslag naar biologisch

In 2019 maakten ze een grote omslag: de melkveehouderij ging van gangbaar naar biologisch. Dat noemt ze een heel goede stap. “Zeker voor mijn man: hij is een echte koeienboer, hij verzorgt ze graag. Hij had genoeg van het massale, van de voortdurende druk. We hebben genoeg grond om biologisch te kunnen werken, de koeien hebben maximale weidegang.” 2019 was achteraf gezien wel een slecht jaar om om te schakelen. “Er was grote droogte en je had de muizenplaag. We moesten veel duur bio-voer bijkopen, het was stressvol. Nu draaien we goed. We hebben blauwtong gehad, de melkproductie is lager, sommige koeien zijn kwetsbaar, maar daar komen we ook doorheen. We praten veel, we sparren veel over het hele boerenleven. Rimmer uit ook zijn zorgen als hij ergens mee zit. We komen er dan altijd samen weer uit.”

Ik raakte overspannen, maar dat heeft me veel opgeleverd

Overspannen en weer uit de stress

Na 2019 kwamen de corona-jaren. De ziekenhuisafdeling waar Willeke werkte, werd tijdelijk corona-afdeling en schakelde later weer terug. Dat betekende van veel rust terug naar de oude hectiek. Daar kwamen de nasleep van en zorgen om het slechte omschakeljaar bij. En de drukke jaren met het gezin eisten toch ook hun tol. “Ik raakte overspannen, maar dat heeft me veel opgeleverd. Ik ben op de polikliniek gaan werken en doe nu twee dagen per week pre-operatieve screening. Stress en angst wegnemen bij mensen is heel mooi om te doen. Ik ben van mijn eigen stress afgekomen door creatief met mijn handen te gaan werken. Dat wilde ik altijd al, maar kwam er nooit van. Ik ben windlichten gaan maken op basis van wijnflessen die ik snij, waar ik dan onderstellen van beton omheen giet. Dat gaat heel goed, ik verkoop er ook best wat van.”

Boerderijwinkeltje

Om nóg iets meer voor haarzelf te kunnen doen, besloten ze in 2023 een trekkershut te kopen en die om te bouwen tot boerderijwinkeltje. “We verkopen daar melk en vlees – zoals droge worst -van de eigen koeien. En ook kaas en ijs die we laten maken van eigen melk. Ik vind het fijn om dat er bij te doen.”

Misschien wil de jongste zoon later de boerderij overnemen. “Als er over pakweg tien jaar geen opvolger is, dan gaan we verkopen. Als het klaar is, willen we meer van de wereld zien. Want ver op vakantie, dat zit er nu nooit in.”

Reacties

Je moet een account hebben om te reageren

Voordelen van een account:

Krijg toegang tot de beste en meest actuele artikelen.

Discussier mee met collega’s, experts en specialisten.