Verwerking Nederlandse aardappelen daalt naar dieptepunt

De aardappelverwerking van eigen bodem in Nederland is gerekend over de periode van juli tot en met februari gedaald naar het laagste niveau in twaalf jaar. Dat valt op te maken uit cijfers van brancheorganisatie Vavi.

Vorig jaar bereikte de verwerking van Nederlandse aardappelen gerekend van juli tot en met februari juist een nieuwe piek met 1,66 miljoen ton. Dat was vooral het gevolg van tegenvallende opbrengsten in de omringende landen België, Duitsland en Frankrijk. Hierdoor was de Nederlandse industrie meer aangewezen op aardappelen van Nederlandse bodem.

Lees verder onder de grafiek

Natte omstandigheden

Dit jaar is juist het omgekeerde het geval. Iets minder kilo’s in Nederland, terwijl in de omringende landen hogere opbrengsten per hectare zijn gerealiseerd. De extreem natte omstandigheden van eind vorig jaar resulteerden in een ongekend lange periode van af-landleveringen. Uiteindelijk bleef een deel van de aardappelen in de grond zitten. Dat was vooral het geval in het Belgische Vlaanderen.

De aardappelverwerking van lokaal geteelde aardappelen in Nederland blijft dit seizoen tot en met februari steken op 1,46 miljoen ton. Dat is nog minder dan de hoeveelheid die in het coronajaar van oogst 2020 in dezelfde periode is verwerkt en ook minder dan de verwerking in 2012-2013. Vergeleken met het tienjarig gemiddelde blijft de verwerking van Nederlandse aardappelen dit seizoen 7% achter. Ten opzichte van een jaar geleden bedraagt de achterstand in de verwerking van Nederlandse aardappelen 12%.

Piek verwerking importaardappelen

De verwerking van importaardappelen bereikt dit jaar juist een nieuwe piek. Sinds juli vorig jaar is bijna 1,1 miljoen ton aardappelen verwerkt uit het buitenland. Deze hoeveelheid is 12% groter dan het tienjarig gemiddelde en 10% groter dan de verwerking in dezelfde periode van het vorige seizoen.