‘Slechte keuze bestaat niet’
De kabinetsformatie duurt nog wel even. Hét moment om je standpunt bij de hoofdrolspelers onder de aandacht te brengen. Ieder op zijn manier: in een brief, notitie, als noodkreet of demonstratie.
Grosso modo is het wensenpakket wel bekend. En toch is het pleidooi soms verrassend, zoals dat van de Sociaal Economische Raad (SER). ’s Lands belangrijkste adviseur roept in een zogenoemd briefadvies op prioriteit te geven aan verduurzaming van de maakindustrie. Een vitale maakindustrie draagt bij aan het verdienvermogen en werkgelegenheid.
Nu is de vraag: valt landbouw óók onder het kopje ‘maakindustrie’? Je zou het denken en willen! Immers, de bedrijven maken ook fysieke producten. Het is toch anders. Landbouw is een aparte bedrijfstak. En laten we ook eerlijk zijn: dat vinden we zelf (soms) ook!
Perspectief op duurzame landbouw
Diezelfde SER pleit in een andere notitie Perspectief op brede welvaart in 2040 wél voor perspectief op duurzame landbouw, mét aandacht voor voldoende verdienvermogen voor boeren en leefbaarheid van het platteland. Het zal de BBB als muziek in de oren klinken.
De vraag is natuurlijk: wat is dan duurzame landbouw? Duurzaamheid is ondertussen een containerbegrip waar ieder naar hartenlust invulling aan geeft. De biologische landbouw claimt die positie ook. Op het ‘biologisch feestje’ vorige week in Den Bosch is onder de ‘biobondgenoten’ – zoals directeur Michaël Wilde van Bionext zijn achterban noemt – hierover weinig discussie. Demissionair landbouwminister Piet Adema nuanceert evenwel: biologisch is één van de pijlers. En Rabobank-directeur Alex Datema zegt in het Algemeen Dagblad: ‘Je hoeft niet per se biologisch te zijn om duurzaam te zijn.’
Prijs is grootste struikelblok
Die opstelling is reëel. Niks mis met biologisch, maar het marktsegment is beperkt. Volgens de laatste cijfers 3,4%. Het areaal blijft steken op 80.000 hectare, 4,5% van het totale landbouwareaal. Nederland heeft aan Brussel 15% in 2030 beloofd. Dat gaat het nooit worden. Het grootste struikelblok is de prijs in het winkelschap. Dit is geen nieuw signaal. Het bureau Future of Food Institute meldde eerder al dat maar 45% van de bevolking 10% extra wil betalen. In het schap is dit prijsverschil veel groter.
De overheid start dit jaar nog wel een campagne voor biologische producten. Je kunt je serieus de vraag stellen of dit zin heeft. Het zit niet in kennis of bewustwording. De prijs dicteert. En bovendien: vertel dan ook het hele verhaal. Biologisch doet het op hectareniveau overal beter in emissie van broeikasgassen, maar per kilo product niet! En wat ‘gangbaar’ heet, schuift steeds verder op richting bio. Een slechte keuze bestaat niet.
Duurzaam produceren is niets mis mee. Helaas de kosten liggen doorgaans hoger dan bij productie waar duurzaamheid minder telt en laat nu net onze concurrent in het buitenland zich daar nog mee bezig houden en wij door al onze handelsverdragen zijn spullen niet kunnen weren. Dit alles zou geen punt behoeven te zijn ware het niet dat de consument / gebruiker zijn uitgaven graag minimaliseert en dus de goedkope niet duurzame goederen aanschaft alle mooie goed bedoelde praatjes ten spijt.