Opvolger Lauri de Rooij: ‘Krimp verlaagt mestkosten en verhoogt productie’

Iets minder koeien met een hogere productie, zo gaan Lauri de Rooij en haar ouders de toekomst in. De inkomsten zijn misschien iets minder, maar de kosten ook.

Lauri de Rooij (22) uit Wadenoijen combineert haar laatste jaar aan de Aeres Hogeschool met het werk op de melkveehouderij van haar ouders. Samen runnen ze een bedrijf met 170 koeien, waarbij innovatie en toekomstgerichte keuzes centraal staan. Met een melktap aan de weg en plannen om de mestafzetkosten te drukken, blijft Lauri vooruitkijken. Haar ouders zijn haar grote voorbeeld, en ook na de overname wil ze de balans tussen werk en privé bewaken.

“Veranderingen hoeven niet te wachten tot na de overname. Ze zouden nu ook kunnen, al heb ik geen grote wijzigingen voor ogen. Ik wil bijblijven met innovaties en meebewegen met de toekomst. Je weet nooit helemaal welke kant het opgaat, maar mestafzet blijft wel een hot topic. We hebben het er regelmatig over hoe we daar mee om kunnen gaan. Meer grond? We zitten in een gebied met veel fruitteelt die daar ook aanspraak op maakt, dus dat is niet zo makkelijk. Wat we al gedaan hebben, is een kleine krimp in de veestapel en minder jongvee aanhouden. Daardoor hebben we minder inkomsten maar ook minder kosten voor mestafzet, want die prijzen rijzen de pan uit. Een doel is om de productie per koe te verhogen. Die zit nu op 30 liter per koe per dag en dat kan nog wel iets omhoog.”

“Heel cliché, maar dat zijn mijn ouders. Ze hebben het niet alleen maar over koeien en ze zijn goed in staat de balans te vinden tussen de boerderij, hun hobby’s en hun sociale leven. Er was en is altijd ruimte voor vakantie en dagjes weg. Mijn ouders kunnen het bedrijf goed loslaten en uit handen geven.”

“De verzorging van het vee. Het is een ruim begrip, maar als ik door de stal loop, krijg ik altijd een glimlach op mijn gezicht. Ik geniet van koefamilies, van een koe die opknapt na ziekte, van een koe die goed opstart na het afkalven, van een kalf dat het lekker doet. Waar ik ook blij van word, is in de zomer een rondje gras schudden op onze oude Fiat.”

“Koude handen in de winter. En aan dingen waar je weinig invloed op hebt, zoals blauwtong. We hadden gevaccineerd, maar toch werden sommige koeien erg ziek. De getroffen koeien gaven minder melk, herkauwden minder en kregen klauwproblemen. Echt heel naar.”

“Zou ik investeren in grond. Dat houdt zijn waarde en het is de basis van je bedrijf. Ook zou ik graag nog rondreizen. Ik heb stagegelopen in Nieuw-Zeeland en dat was zó mooi. Naar dat land wil ik nog wel een keer terug.”

“Ik breng graag tijd door met familie en vrienden, ga naar feestjes en ik zit al sinds mijn derde op korfbal. Ik train twee keer in de week en heb op zaterdag een wedstrijd. Mijn hele familie korfbalt, we zijn erg fanatiek.”

‘Het lijkt me belangrijk om eerst onder een baas te werken voor je zelf baas wordt’

“Werk ik deels buiten de deur. Het lijkt me belangrijk om eerst onder een baas te werken voor je zelf baas wordt. Over vijf jaar zijn mijn ouders 62 en 64. Zij zullen steeds meer een stapje terug doen en intussen groei ik steeds een beetje meer in het bedrijf.”