‘Nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid te complex’

Volgend jaar gaat een totaal nieuw stelsel in werking van de Europese landbouwsubsidies (GLB). Het is in alle opzichten een enorme operatie. Eerst is er jarenlang in Brussel gesproken over de grote lijn en de budgetten. Die grote lijn is: financiële ondersteuning voor boeren is steeds minder een vanzelfsprekendheid, maar een vergoeding voor maatschappelijke diensten.

Daarna is in vele proefprojecten en studies een nieuw subsidiesysteem uitgedokterd voor Nederland. Dat had nu, met het najaarswerk in volle gang, al lang kant-en-klaar moeten zijn. Maar het lijkt erop dat LNV (lees: uitvoeringsorganisatie RVO) zich een beetje aan de klus vertilt. Het is allemaal zo complex en gedetailleerd dat er steeds nieuwe vragen rijzen. Tekenend is dat de speciale online rekentool waarmee je kunt uitrekenen hoe de regelingen op jouw bedrijf uitpakken, nog steeds niet klaar is, terwijl dat voor de zomer al had gemoeten.

Onduidelijkheid nieuw GLB

Gevolg: veel te lang onduidelijkheid voor degenen waar het om gaat en die ermee moeten werken: de boeren. Neem de bufferstroken, een van de heikele punten uit het nieuwe GLB. Mag je die wel of niet inzaaien met het hoofdgewas op dat perceel? Nog steeds komen nieuwe brokjes informatie hierover binnen. Wie volgt het nog?

De ambities zijn hoog. Deels vanuit goede bedoelingen, dat moet gezegd. Voor iedereen een passende maatregel, voor elk wat wils is het uitgangspunt. Boeren niet dwingen, maar verleiden tot natuurinclusief werken. De intentie is vast oprecht, maar zo is wel een enorm complex systeem opgetuigd waarover nog steeds nieuwe vragen ontstaan.

Lees ook: Dit weten we over nieuw GLB en hoogte landbouwsubsidies

Overgangsjaar Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Het komende jaar wordt de facto een overgangsjaar. Er zijn te veel open einden. In een debat in de Tweede Kamer werd dat wel ongeveer duidelijk, vorige week. Het is droevig dat tot op het hoogste politieke niveau gedebatteerd moet worden over zulke vaktechnische zaken als wel of geen tarwe in een bufferstrook. Droevig, omdat iedereen weet dat Kamerleden en ministers het toch al te druk hebben en niet eens aan de hoofdlijnen toekomen – denk aan de impact van het beoogde nieuwe Europese middelenbeleid die aanvankelijk totaal over het hoofd was gezien. Pas nu is in Den Haag doorgedrongen dat dat de Nederlandse landbouw wel eens ernstig in problemen kan brengen.