Januari levert sterke pootgoedafzet naar Azië

In totaal ging er in januari nog bijna 18.000 ton pootgoed naar Azië. Dat is zo’n 7.000 ton meer dan het gemiddelde in de voorafgaande vijf jaar. Vooral naar Irak en Israël werd vorige maand meer pootgoed verscheept. Ook de afzet naar Saoedi-Arabië leverde een mooie plus op. Laatstgenoemd land heeft dit seizoen in totaal meer dan 20.000 ton pootgoed in Nederland gekocht en is daarmee een behoorlijk grote klant. Irak doet er niet zo veel voor onder met een import van meer dan 19.000 ton.

Handel naar Afrika stijgt flink

Ook naar Afrika ging nog een flinke hoeveelheid pootgoed. De afzet naar Algerije is bijvoorbeeld toegenomen tot meer dan 88.000 ton. De afzet naar Egypte stabiliseert zich op een niveau van zo’n 45.000 ton. De handel op Marokko, Libië, Sudan en Tunesië was aanzienlijk beter dan een jaar geleden. Het resultaat is dat de export naar Afrika steeg tot boven de 188.000 ton. Daarmee is de afzet naar dit contingent flink aangetrokken sinds de terugval in met name 2021. Toen bleef de export naar de Afrikaanse landen steken op 126.000 ton.

Afzet in de Europese Unie op vergelijkbaar niveau

In de Europese Unie ligt de totale afzet vooralsnog op een vergelijkbaar niveau als in de voorgaande jaren. Maar de grootste afzet naar deze landen moet nog plaatsvinden. Wel valt op dat het vooral rustig is geweest in de export naar Zuid-Europese landen. In de vroege gebieden is de vraag iets kleiner dan we gewend zijn.