AlgemeenNieuws

Hoogleraar Dirk Strijker (RUG): ‘Blekers keuze nog niet zo gek’

Groningen – Agrarisch natuurbeheer is niet de beste manier om biodiversiteit te bevorderen. Het richt zich op de ’makkelijke’ soorten. Voor behoud van zeldzame soorten is het beheer door terreinbeheerders zoals Staatsbosbeheer effectiever en efficiënter.

Dat zegt hoogleraar Dirk Strijker van Rijksuniversiteit Groningen. Hij verwijst naar onderzoek dat al in de jaren ’90 is gedaan, en waaruit blijkt dat de beheerkosten van boerennatuur hoger zijn dan die van terreinbeheerders, zelfs als rekening wordt gehouden met de aankoop van de grond. ”En er is geen reden aan te nemen dat dit sindsdien veranderd is.”

Dagblad Trouw heeft vandaag een groot artikel waarin naast Strijker nog twee hoogleraren aan het woord zijn; Frank Berendse van de WUR en Geert de Snoo van WUR en Universiteit Leiden. De krant kopt: ’Agrarisch natuurbeheer mist ieder effect’.

De indruk ontstaat dat er na een handtekeningactie vorig jaar opnieuw een gezamenlijk optreden is van hoogleraren tegen het natuurbeleid van de overheid. Volgens Strijker is dat nadrukkelijk niet aan de orde. Sterker, hij is geen tegenstander van de koers van staatssecretaris Bleker. ”Boerenbeheer is prima als het gaat om landschapsbehoud. Om de meer robuuste natuurdoelen. Misschien moet je wel zeggen: laat die moeilijke natuur maar zitten, en ga voor het landschap. Dat is helemaal niet zo gek.”

De populist Bleker heeft volgens Strijker goed in de gaten dat er weinig maatschappelijk draagvlak is voor natuurontwikkeling, en dat het gros van de bevolking meer gevoel heeft bij een mooi landschap dan bij soorten van de rode lijst en bij ingewikkelde beheermaatregelen die nodig zijn om die te behouden. ”Het maatschappelijk draagvlak daarvoor ontbreekt.”

Beheer
WP Admin