AlgemeenNieuws

Hoge Raad: landbouwvrijstelling niet beïnvloed door afspraken over grondsanering

Den Haag – De Hoge Raad heeft in cassatie een uitspraak van het Hof Amsterdam vernietigd. Van de landbouwvrijstelling hoeven tegenprestaties van de verkoper aan de koper niet afgetrokken te worden zoals het Hof in een eerdere uitspraak bepaalde.

In deze zaak gaat het om de verkoop van een perceel grond in 2007 voor €773.925, de waarde in het economisch verkeer van deze grond was destijds €546.300. De behaalde boekwinst is gedeeltelijk vrijgesteld in de Wet IB op basis van landbouwvrijstelling. Voor dat bedrag had de verkoper dan ook vrijstelling gevraagd. De Belastingdienst ging hiermee niet akkoord.

Bij de verkoop was afgesproken dat verkopende partij zou zorgen voor een sanering van een zich op het perceel bevindende puinpad. De kosten ruim €30.000 zou gedeeld worden tussen koper en verkoper. De Belastingdienst was van mening dat deze kosten (€15.000) afgetrokken zouden moeten worden van het verkoopbedrag, voordat de boekwinst bepaald zou worden ten behoeve van de landbouwvrijstelling. Hierdoor zou er minder boekwinst zijn en dus ook een lagere landbouwvrijstelling. Het Hof Amsterdam ging mee in de zienswijze van de Belastingdienst.

De Hoge Raad echter een andere mening toegedaan. Volgens de raad zijn koper en verkoper in het kader van de verkoop van de grond de sanering overeengekomen. De verkoopprijs wordt mede bepaald door de saneringsverplichting van de verkoper, aldus de HR. De bij de verkoop gerealiseerde boekwinst wordt hierdoor beïnvloed, stelt de raad, maar dit maakt niet dat het bedrag van de in die boekwinst begrepen vrijgestelde waardeontwikkeling (de landbouwvrijstelling) lager is geworden.

De verkopende partij hoeft dus niet de saneringskosten in mindering te brengen op de verkoopprijs.

Beheer
WP Admin