‘Goed moment voor invoering minister van Voedsel’

ChristenUnie, PvdA en CDA willen in het nieuwe kabinet een minister van Voedsel. Hoewel het plan niet geheel nieuw is, lijkt het zeker kans van slagen te hebben.

Er moet een minister van Voedsel komen. Die oproep doen PvdA, CDA en ChristenUnie deze week. Voedsel ligt nu te veel verdeeld over de verschillende ministeries. Bij het thema voedsel zijn naast het ministerie van Economische Zaken ook het ministerie van Infrastructuur en Milieu, Volksgezondheid, Welzijn en Sport en Buitenlandse Zaken en Internationale Handel betrokken. De NVWA, de belangrijkste controleur in de voedselketen, wordt door verschillende ministeries aangestuurd. Dit heeft volgens de politici tot veel problemen geleid, waardoor de partijen ervoor pleiten om één minister van Voedsel aan te stellen.

Hoewel het voorstel nu breed wordt uitgedragen, is het niet nieuw. Carla Dik-Faber van de ChristenUnie opperde het al bij de begrotingsbehandeling in 2014. Stichting Natuur en Milieu stelde de ministerspost al in 2012 voor.

Goed getimed

Maar om goed politiek te bedrijven, is timing van groot belang. Het voorstel om bij het volgende kabinet met een minister van Voedsel te komen, is goed getimed. In Den Haag is het reces, waardoor van actief politiek bedrijven even geen sprake is. Veel politici leggen werkbezoeken af en houden nog even een paar dagen vakantie om goed uitgerust aan de drukke eindsprint voor het zomerreces te beginnen. De kans op media-aandacht voor nieuwe plannetjes is dus wat groter dan wanneer er veel debatten op de agenda staan.

Bovendien zijn veel partijen bezig met de voorbereidingen voor het verkiezingsprogramma voor de Tweede Kamerverkiezingen van volgend voorjaar. De minister van Voedsel kan nog gerust worden overgenomen in de programma’s. Voedsel is iets dat iedereen aanspreekt, dus het kan kiezers trekken. En de twee uitersten, Stichting Natuur en Milieu én LTO, zijn voorstander van een dergelijke post.

Tijdelijke ministersposten

Of de minister van Voedsel er ook komt is maar de vraag. In 2014 reageerde toenmalig landbouwstaatssecretaris Sharon Dijksma dat ze er geen voorstander van is, maar dat het aan het nieuwe kabinet is.

In het verleden zijn vaker tijdelijke ministersposten ingericht. Zo waren er bij het Kabinet Balkenende IV maar liefst vier ministers zonder eigen ministerie, waaronder Ella Vogelaar (PvdA) als minister voor Wonen, Wijken en Integratie en André Rouvoet (CU) als minister voor Jeugd en Gezin. De tijdelijke posten zijn later weer ondergebracht bij bestaande ministeries.

Minister van Voedsel lijkt gewenst

Als er een minister voor Voedsel moet komen, lijkt het nu het beste moment. De veehouderij zit in zeer zwaar weer en de roep om verduurzaming van de voedselketen is groot. Milieu en maatschappij dwingen tot duurzamere productie, terwijl de sector op zoek is naar betere verdienmodellen. Alles komt maar zeer moeizaam op gang. Een minister die de handschoen oppakt lijkt dus zeker gewenst.

Op basis van de politieke peilingen ziet het ernaar uit dat bij een volgende verkiezing minimaal vier partijen nodig zijn om een meerderheidskabinet te vormen. Dat betekent dat er ook meerdere partijen ministers willen leveren. Een minister van Voedsel lijkt dan een mooie post.