‘Aandacht voor elkaar in gezinsbedrijf’
Generatie-opvolging op gezinsbedrijven is niet vanzelfsprekend. Praten, vertrouwen en het omarmen van verschillen zijn essentieel voor een sterke toekomst.
Boer, dat word je niet zomaar. Cijfers zijn er niet, maar zeg dat negen op de tien het bedrijf van hun ouders heeft overgenomen. En de ouders weer van hun ouders, et cetera. In elk gesprek komt de generatie-opvolging wel ter sprake. Het familiebedrijf heeft een trots karakter. En stiekem hoopt iedereen dat ook de volgende generatie weer instapt. Of is het ‘hoopte’? De toekomst is ongewis.
Minder bedrijfsopvolgers dan ooit
Een paar jaar terug meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) nog dat meer dan de helft van de boeren ouder dan 55 jaar geen opvolger heeft. Bedrijfsgrootte speelt een rol. Op grote bedrijven heeft nog 70% een opvolger. Die cijfers zijn er in de afgelopen jaren niet beter op geworden.
Generatiewisseling is niet vanzelfsprekend
Terwijl bedrijfsopvolging dus vrijwel de enige optie is om boer te worden, is die generatiewisseling niet vanzelfsprekend. Je hoort vaak alleen de succesverhalen, maar we kennen allemaal ook de moeilijke momenten. Van elkaar. Van de verhalen bij de collega’s in het dorp. Dit is niet gek. We zijn allemaal mensen, met een verschillende levensstijl en in een andere levensfase. Of zo je wilt, met een verschillend toekomstperspectief. Het valt voor ouders ook niet altijd mee om de regie uit handen te geven. Zij hebben het bedrijf vaak eigenhandig opgebouwd en vormgegeven. Als je tegelijkertijd samen onder hetzelfde dak leeft, kan de spanning oplopen.
Omarm de verschillen tussen generaties
“Je moet moeite doen om elkaar te leren begrijpen”, zegt generatiestrateeg Marjolein Risseeuw in het kerstthema van Boerderij.nl. Jongeren staan anders in het leven dan hun ouders. Omarm die verschillen, beveelt ze aan. De oudere generatie heeft de ervaring; de jonge generatie de nieuwe inzichten. Uit scholing, uit data, uit interesse. Soms ligt het beoogd perspectief ook anders. Geduld is zo’n ander sleutelbegrip. Het hoeft niet allemaal morgen.
De toekomst is niet vanzelfsprekend
Op heel veel bedrijven is er toekomst. Die ligt niet altijd in voortzetting van de huidige koers, hoe graag je dit ook zou willen. Rabobank schetste in de Agrofoodvisie vier scenario’s, van verdere schaalvergroting, extensivering, verbreding tot uiteindelijk stoppen. Je moet als familiebedrijf daar ergens een route in kiezen. Het is niet gemakkelijk. Al hoort daarbij de opmerking dat het zou helpen als de kaders duidelijk zijn. Politiek Den Haag kan zich dit aanrekenen.
Werken en praten op het juiste moment
Het is hoe dan ook belangrijk de bedrijfsstrategie binnen de maatschap (of een andere bedrijfsvorm) af te stemmen op basis van gelijkwaardigheid. En dat klinkt misschien vanzelfsprekend, dat is niet altijd zo. Vertrouwen speelt hierin vaak een rol. Vertrouwen dat het bedrijf bij de opvolger in goede handen is. Een niveautje hoger in de afstemming wordt het als het familiebedrijf overgaat in een bedrijf van families.
Kortom, het is werken. En praten. Maar wel op de juiste momenten! Probeer werk en privé te scheiden, klinkt uit de mond van Risseeuw. Praat aan de keukentafel niet eindeloos over het werk, maar ook over alledaagse zaken. ‘Werk is werk, thuis is thuis.’ Uiteindelijk gaat het daarom, leven!